s1.09 hart- en vaataandoeningen

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat heb je gedaan ter voorbereiding op deze les?

Slide 4 - Open vraag

Hart- en vaatziekten staan in de top 10 van grootste doodsoorzaken in Nederland. Welke oorzaak denk je dat er op nummer 1 staat?
A
longkanker
B
COPD
C
dementie
D
Dikkedarmkanker

Slide 5 - Quizvraag

Geef de Nederlandse benaming van deze slagaders:
Aorta​
Truncus pulmonalis​
Aorta ascendens​
Aorta descendens​
Arcus aortae​
Aorta abdominalis​
Arteria carotis​
Arteria femoralis​
Arteria basilaris​
Arteria renalis​
Arteria coronariae​

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

noem hart-en vaataandoeningen

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat is atherosclerose en wat is arteriosclerose?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Hoe heten de vaatjes die een sluiroute gaan vormen als de doorbloeding niet voldoende meer is?
A
arteriolen
B
collateralen
C
bypass arteriën
D
capillairen

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Hoe noemen we het als er cellen afsterven als gevolg van onvoldoende bloedtoevoer?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Welke onderzoeken zou je laten doen bij AP-klachten?

Slide 23 - Woordweb

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

klachten bij een acuut hartinfarct

Slide 28 - Woordweb

Slide 29 - Tekstslide

welke klachten heeft iemand met claudicatio intermittens

Slide 30 - Woordweb

Slide 31 - Tekstslide

Op welke 5 P's observeer je een zorgvrager met een vaatprobleem?
P......
P.......
P.......
P.......
P.......

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Welk van de onderstaande aandoeningen gaat samen met ischemische pijn?
A
trombose
B
angina pectoris
C
claudicatio intermittens
D
alledrie de aandoeningen

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht
Maak nu in tweetallen de C- en D-opgaven van S1.09
We lopen ze straks klassikaal na.

Slide 38 - Tekstslide

Hoe vind jij dat de lesdoelen in deze les zijn behandeld?

Slide 39 - Woordweb