Open dag quiz 3
1 / 23
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1. De geschiedenis is opgedeeld in hoeveel tijdvakken?
A
4 tijdvakken
B
10 tijdvakken
C
5 tijdvakken
D
14 tijdvakken
Slide 2 - Quizvraag
2. Hoe heet het gebouw waarin de Grieken hun goden vereren?
A
Tempel
B
Kerk
C
Huis van God
D
Moskee
Slide 3 - Quizvraag
3. Welke wetenschap hoort bij de volgende filosoof? Pythagoras
A
Geschiedenis
B
Natuurkunde
C
Politiek
D
Wiskunde
Slide 4 - Quizvraag
4. Wat is de Griekse naam voor stadstaat?
A
Poliep
B
Polis
C
Paljas
D
Poleis
Slide 5 - Quizvraag
5. Wie was de oppergod bij de Grieken?
A
Zeus
B
Apollo
C
Poseidon
D
Aphrodite
Slide 6 - Quizvraag
6. Wat is de tijd van de ontdekkers en hervormers?
A
1000 - 1500
B
1600-1700
C
500 - 1500
D
1500 - 1600
Slide 7 - Quizvraag
7. Door welke gebeurtenis eindigde de Tweede Wereldoorlog?
A
Bom op Berlijn
B
Bom op Nagasaki
C
Bom op Tokyo
D
Operatie Market - Garden
Slide 8 - Quizvraag
8. De val van de Berlijnse Muur was in
A
1989
B
1988
C
1987
D
1990
Slide 9 - Quizvraag
9. De eerste fabrieken werden gebouwd...
A
Op grote industrieterreinen
B
In de kolonies
C
Dichtbij de steden
D
Bij snel stromende rivieren
Slide 10 - Quizvraag
10. Uit welke tijd komt dit beeld?
A
De tijd van jagers en boeren.
B
De tijd van de Grieken en Romeinen
C
De tijd van steden en staten.
D
De tijd van monniken en ridders.
Slide 11 - Quizvraag
11. Waar staat het gebouw dat op de achtergrond te zien is?
A
Athene
B
Rome
C
Parijs
D
Londen
Slide 12 - Quizvraag
12. Welke taal spraken de Romeinen?
A
Italiaans
B
Romeins
C
Grieks
D
Latijn
Slide 13 - Quizvraag
13. Door Wie werd Julius Caesar vermoord? Door
A
Asterix en Obelix
B
Senatoren
C
Cleopatra
D
Octavianus
Slide 14 - Quizvraag
14. Wie was de eerste keizer van de Romeinen?
A
Augustus
B
Nero
C
Caesar
D
Brutus
Slide 15 - Quizvraag
15. Welk woord hoort bij het plaatje?
A
Aflaat
B
Gilde
C
Antisemitisme
D
Inquisitie
Slide 16 - Quizvraag
16. Welke Spaanse veroveraar veroverde het Rijk van de Inca's?
A
Columbus
B
Pizarro
C
Cortes
D
Montezuma
Slide 17 - Quizvraag
17. Hoe noemen we mensen die rondtrekken ?
A
Nomaden
B
Jagers en Verzamelaars
C
Kampeerders
D
Jagers en boeren
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Video
Slide 20 - Tekstslide
18. Hitler zit hier in zijn bunker in Berlijn in 1945. Wie hebben de stad omsingeld?
A
De Amerikanen
B
De Fransen
C
De Engelsen
D
De Russen
Slide 21 - Quizvraag
19. Waarom trilt Hitler hier met zijn hand?
A
Hij was woedend op zijn generaals
B
Hij had de ziekte parkinson
C
Hij was erg nerveus
D
Hij had last van zijn ogen
Slide 22 - Quizvraag
20. Uit welk land kwam Hitler?
A
Oostenrijk
B
Italië
C
Zwitserland
D
Duitsland
