2d het dilemma r. 1 tm 6

vertaalhulp bij 2d r. 1 tm 6
De vrouw van Kandaules heeft net gemerkt dat Gyges haar heeft bespied en ze weet dat dit een plan van haar man is. 
Ze zint op wraak.
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

vertaalhulp bij 2d r. 1 tm 6
De vrouw van Kandaules heeft net gemerkt dat Gyges haar heeft bespied en ze weet dat dit een plan van haar man is. 
Ze zint op wraak.

Slide 1 - Tekstslide

Τότε μὲν δὴ οὕτως οὐδὲν δηλώσασα ἡσυχίην εἶχε· 
pv = εἶχε (impf van?)

Slide 2 - Tekstslide

Het onderwerp bij εἶχε is:
A
Gyges
B
Kandaules
C
de vrouw van Kandaules
D
ἡσυχίην

Slide 3 - Quizvraag

Τότε μὲν δὴ οὕτως οὐδὲν δηλώσασα ἡσυχίην εἶχε· 
pv = εἶχε (impf van?)
δηλώσασα: ptc (welke tijd) staat voor de pv, dus kan je nevenschikkend vertalen
δή: geeft nadruk aan Τότε
οὕτως: ‘op deze wijze’, ‘zo’; ‘in deze mate’, ‘zozeer’; soms concluderend: ‘dus

Slide 4 - Tekstslide

ὡς δὲ 
ἡμέρη τάχιστα ἐγεγόνεε, τῶν οἰκετέων τοὺς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ, ἑτοίμους ποιησαμένη ἐκάλεε τὸν Γύγεα.

pv's: ἐγεγόνεε - ὥρα  - ἐκάλεε 

Slide 5 - Tekstslide

ἐγεγόνεε -ὥρα - ἐκάλεε : wat zijn de voegwoorden en/of bert.voornaamwoorden die deze pv's verbinden?
A
ὡς en τῶν
B
δὲ en τῶν
C
ὡς en τοὺς
D
δὲ en τοὺς

Slide 6 - Quizvraag

ὡς δὲ ἡμέρη τάχιστα ἐγεγόνεε

pv: ἐγεγόνεε (plusquamperf. van ?)
ὡς τάχιστα: zie aantekening
δὲ verbindt deze zin met de vorige, niet vergeten te vertalen.

Slide 7 - Tekstslide

Welke functie heeft ἡμέρη?
A
Onderwerp
B
Lijdend Voorwerp
C
Naamwoordelijk deel
D
Bijw. Bepaling

Slide 8 - Quizvraag

Vertaal: ὡς δὲ ἡμέρη τάχιστα ἐγεγόνεε

Slide 9 - Open vraag

τῶν οἰκετέων τοὺς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ, ἑτοίμους ποιησαμένη ἐκάλεε τὸν Γύγεα.

pv's: ὥρα  - ἐκάλεε 
betr. vnw: τοὺς - hier begint dus het betrekkelijke bijzin, 
die loopt t/m ἑωυτῇ
het antecedent is ingesloten 
Lees de zin als volgt:

Slide 10 - Tekstslide

        τῶν οἰκετέων τούτους, ...., ἑτοίμους ποιησαμένη 
                                            οὕς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ, 

ἐκάλεε τὸν Γύγεα.

Slide 11 - Tekstslide

Laten we beginnen met de hoofdzin:
(maar zodra het dag was geworden)
ἐκάλεε τὸν Γύγεα

Slide 12 - Tekstslide

Vertaal: ἐκάλεε τὸν Γύγεα

Slide 13 - Open vraag

Nu gaan we naar het ptc
τῶν οἰκετέων τούτους, ...., ἑτοίμους ποιησαμένη
                                            (οὕς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ), 
ποιησαμένη congrueert natuurlijk met het onderwerp (welke tijd?) 
τινα ἑτοίμον ποιέομαι: ‘iemand in gereedheid brengen’, ‘zorgen dat iemand klaar staat’, ‘iemand op laten draven’


Slide 14 - Tekstslide

In welke naamval staat τῶν οἰκετέων en hoe is het gebruikt?
A
nom - dvb
B
nom - nd
C
gen - aanv. ww.
D
gen - partitivus

Slide 15 - Quizvraag

Vertaal: τῶν οἰκετέων τούτους ἑτοίμους ποιησαμένη

Slide 16 - Open vraag

Nu gaan we naar de betr. bijzin
οὕς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ, 

ὥρα = Att. ἑώρα (< ἑώρα-ε) = ind. imperf. act. 3e pers. sg. van ὁράω (zie ook T12)
ὁράω gaat hier met een ACP (zij zag dat...)
Het onderwerp van de ACP is οὕς, de pv ἐόντας
Het beste vertaal je οὕς ὥρα dan als; waarvan ze zag dat ze ...


Slide 17 - Tekstslide

In welke naamval staat πιστοὺς en hoe is het gebruikt?
A
nom - dvb
B
nom - nd
C
acc - dvb
D
acc - nd

Slide 18 - Quizvraag

Wie is ἑωυτῇ?

Slide 19 - Open vraag

Vertaal: οὕς μάλιστα ὥρα πιστοὺς ἐόντας ἑωυτῇ

Slide 20 - Open vraag

Ὁ δὲ οὐδὲν 
δοκέων αὐτὴν τῶν πρηχθέντων ἐπίστασθαι ἦλθε καλεόμενος
pv: ἦλθε
O: Ὁ

Slide 21 - Tekstslide

Wie is Ὁ (r. 52)?

Slide 22 - Open vraag

Vertaal: Ὁ δὲ ἦλθε

Slide 23 - Open vraag

Ὁ δὲ οὐδὲν 
δοκέων αὐτὴν τῶν πρηχθέντων ἐπίστασθαι ἦλθε καλεόμενος
pv: ἦλθε
O: Ὁ
ptc's congruerend met Ὁ: 
- δοκέων (welke tijd?)
- καλεόμενος (welke tijd?)

Slide 24 - Tekstslide

οὐδὲν δοκέων αὐτὴν τῶν πρηχθέντων ἐπίστασθαι
δοκέω + ACI
τῶν πρηχθέντων: gesubstantiveerd ptc (aor passief) is bijvoeglijk bij οὐδὲν (niets van ....)
οὐδὲν is LV bij ἐπίστασθαι

Slide 25 - Tekstslide

Welke functie heeft αὐτὴν dus?
A
Onderwerp in de ACI
B
Lijdend Voorwerp
C
Dubbel verbonden bepaling
D
aanvulling ww

Slide 26 - Quizvraag

vertaal: οὐδὲν δοκέων αὐτὴν τῶν πρηχθέντων ἐπίστασθαι

Slide 27 - Open vraag

Hoe vertaal je:
καλεόμενος
A
omdat hij mooi was
B
omdat hij zich zelf noemde
C
toen hij geroepen werd
D
terwijl hij riep

Slide 28 - Quizvraag