Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Oefentoets Gram Zinsdelen klas 2 mavo
Oefentoets
Vul altijd iets in.
Als je denkt dat een zinsdeel niet voorkomt in een zin, zet je een
X.
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Oefentoets
Vul altijd iets in.
Als je denkt dat een zinsdeel niet voorkomt in een zin, zet je een
X.
Slide 1 - Tekstslide
Welke volgorde hebben de stappen van ontleden?
A
ond - pv - zinsdelen - lv
B
pv - wwg - zinsdelen - ond
C
mw - ond - lv - wwg
D
pv - ond - gez - lv -mw - bwb
Slide 2 - Quizvraag
Zoek de pv:
Waarom heb jij gisteren gelogen?
A
pv = waarom
B
pv = gelogen
C
pv = jij
D
pv = heb
Slide 3 - Quizvraag
Zoek de pv:
Ik ging te laat slapen.
A
ging = pv
B
ik ging = pv
C
slapen = pv
Slide 4 - Quizvraag
Zoek de pv:
Nederland is een heerlijk land om in te wonen.
A
pv= wonen
B
pv= is
C
pv=land
D
pv = te
Slide 5 - Quizvraag
Kunnen slakken zonder hun huisje leven?
pv =
wwg =
A
pv: kunnen wwg: leven
B
pv: kunnen wwg: kunnen leven
C
pv: leven wwg: kunnen leven
D
pv: slakken wwg: slakken leven
Slide 6 - Quizvraag
Wat is het onderwerp?
De leerling leert het onderwerp vinden.
A
de leerling
B
leert
C
het onderwerp
D
vinden
Slide 7 - Quizvraag
Wat is het onderwerp?
Mevrouw van Rijen legt het onderwerp uit.
A
Mevrouw van Rijen
B
legt
C
het onderwerp
D
uit
Slide 8 - Quizvraag
Heeft elke zin een lijdend voorwerp?
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quizvraag
Piet slaat Jan.
In deze zin staat .....
A
wel een lijdend voorwerp
B
geen lijdend voorwerp
Slide 10 - Quizvraag
Ze gaat naar de bioscoop met haar vriendin.
A
wel een lijdend voorwerp
B
geen lijdend voorwerp
Slide 11 - Quizvraag
Thomas heeft Marieke bloemen gegeven.
Lijdend voorwerp =
A
Er is geen lijdend voorwerp
B
Thomas
C
Marieke
D
bloemen
Slide 12 - Quizvraag
In de zin:
Op maandagmiddag zit zij met al haar vrienden te chillen.
A
zit geen lijdend voorwerp
B
is 'met haar vrienden' het lijdend voorwerp
C
is 'te chillen' lijdend voorwerp
D
is 'op maandagmiddag' lijdend voorwerp.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is het lijdend voorwerp?
Sophie doet jou de groeten.
A
Geen lijdend voorwerp
B
jou
C
Sophie
D
de groeten
Slide 14 - Quizvraag
Jan gaf de toets aan de leraar.
Wat is 'Jan'?
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
Slide 15 - Quizvraag
Jan gaf de toets aan de leraar.
Wat is 'de toets'?
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
Slide 16 - Quizvraag
Jan gaf de toets aan de leraar.
Wat is 'aan de leraar'?
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
Slide 17 - Quizvraag
Is dit een meewerkend voorwerp?
'We willen een cadeaubon kopen
voor de trainer
.'
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 18 - Quizvraag
Is dit een meewerkend voorwerp?
Hij geeft al zijn geld
aan arme mensen
.
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 19 - Quizvraag
Is dit een meewerkend voorwerp?
Hij laat al zijn geld na
aan
zijn dochters
.
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 20 - Quizvraag
Wat is het meewerkend voorwerp?
Sophie doet jou de groeten
A
Geen meewerkend voorwerp
B
jou
C
Sophie
D
de groeten
Slide 21 - Quizvraag
Gaan jullie de burgemeester interviewen?
Het meewerkend voorwerp is:
A
gaan interviewen
B
de burgemeester
C
geen meewerkend voorwerp
D
jullie
Slide 22 - Quizvraag
Leer mij die goocheltruc eens.... !
Het meewerkend voorwerp =
A
leer
B
mij
C
die goocheltruck
D
geen meewerkend voorwerp in deze zin
Slide 23 - Quizvraag
Wie heeft mijn scooter gerepareerd?
mijn scooter =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
Slide 24 - Quizvraag
Heeft een zin altijd een bijwoordelijke bepaling?
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Een goede juwelier werkt precies.
precies is een..
A
bijwoordelijke bepaling
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
Slide 26 - Quizvraag
Gisteren heb ik mijn voetbalwedstrijd gewonnen.
Wat is 'gisteren'?
A
onderwerp
B
Bijwoordelijke bepaling
C
Lijdend voorwerp
D
Meewerkend voorwerp
Slide 27 - Quizvraag
Het water is tijdelijk afgesloten.
bijwoordelijke bepaling =
A
het water
B
is afgesloten
C
tijdelijk
Slide 28 - Quizvraag
De docent Nederlands heeft Julian na schooltijd geduldig geholpen.
bijwoordelijke bepaling =
A
heeft geholpen
B
de docent Nederlands
C
Julian
D
na schooltijd
Slide 29 - Quizvraag
Na afloop van het geslaagde schoolfeest heeft de directeur de leerlingen toegesproken.
bijwoordelijke bepaling =
A
heeft toegesproken
B
de directeur
C
de leerlingen
D
na afloop van het geslaagde schoolfeest
Slide 30 - Quizvraag
Vanavond gaan wij feesten!
persoonsvorm =
Slide 31 - Open vraag
De hond is allergisch voor schapen.
onderwerp =
Slide 32 - Open vraag
Zij heeft dat al gedaan.
lijdend voorwerp =
Slide 33 - Open vraag
De laagstaande zon verblindde de automobilisten.
lijdend voorwerp =
Slide 34 - Open vraag
Kunnen wij jou een bezoek brengen?
meewerkend voorwerp = …
Slide 35 - Open vraag
Het meewerkend voorwerp =
De boer geeft de paarden hooi.
Slide 36 - Open vraag
Ik schenk mijn vriendin een armbandje.
meewerkend voorwerp = …
Slide 37 - Open vraag
Ik geef een cadeau aan mijn tante.
meewerkend voorwerp =
Slide 38 - Open vraag
Jullie moeten de buren niets beloven
bijwoordelijke bepaling =
Slide 39 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
HA1: Grammatica: meewerkend voorwerp
Maart 2022
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
M1 zinsdelen + vlog bekijken
December 2024
- Les met
20 slides
Nederands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
SO GRAMMATICA BLOK 5 mavo
November 2022
- Les met
51 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
oefenen GRAMMATICA BLOK 5 2BK (rvl)
April 2021
- Les met
51 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Grammatica onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling
Januari 2021
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Zinsdelen: persoonsvorm, onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp en bijwoordelijke bepaling
September 2024
- Les met
44 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
5.7 bijwoordelijke bepaling en herhaling WG en NG
Mei 2020
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1