In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Wat gaan we vandaag doen?
Opstarten les
05 min
Herhalingsles LessonUp
15 min
Huiswerk: Maken Oefentoets
25 min
Eventueel ruimte voor vragen
10 min
Slide 1 - Tekstslide
Planning tot aan toets 3nsk11:
Dag:
Datum:
Onderwerp:
Maandag
22 april
Paragraaf 5.4 deel 2
Woensdag
24 april
Les over weerstanden
Maandag
13 mei
Herhalingsles H5
Za t/m zo
30 apr - 12 mei
VAKANTIE
Woensdag
15 mei
TOETS H5 Par 1 t/m 4 + Weerstanden
Slide 2 - Tekstslide
Planning tot aan toets 3nsk14:
Dag:
Datum:
Onderwerp:
Dinsdag
23 april
Herhalingsles H5
Woensdag
24 april
Herhalingsles H5
ZA t/m ZO
30 apr - 12 mei
VAKANTIE
Dinsdag
14 mei
Herhalingsles
Woensdag
15 mei
TOETS H5 Par 1 t/m 4 + Weerstanden
Slide 3 - Tekstslide
H5
Elektriciteit
in
Huis
oefentoets
Slide 4 - Tekstslide
Een zaklantaarn brandt op een spanning van 9 V. Door de lamp gaat 0,4 A. Bereken het vermogen en de weerstand van het lampje.
Slide 5 - Open vraag
Daniël heeft apparaten en lampen aanstaan met een totaal vermogen van 0,6 kW. Gemiddeld gebruikt hij ze elke dag 2 uur lang. Bereken het energiegebruik van Daniël voor een heel jaar.
Slide 6 - Open vraag
De batterijen in de zaklamp hebben een capaciteit van 3000 mAh. De ledlamp kan 15 uur branden op volle batterijen. Bereken de stroomsterkte die de batterijen leveren.
Slide 7 - Open vraag
Het rendement van de ledlamp is 50%. De lamp brandt 15 uur op volle batterijen. Bereken hoelang een gloeilamp met dezelfde lichtopbrengst kan branden op volle batterijen. Gebruik de tabel 'Rendementen bij energieomzettingen’ in Binas vmbo-kgt.
Slide 8 - Open vraag
Waarom moet je in de badkamer extra voorzichtig zijn met elektriciteit?
Slide 9 - Open vraag
Je hebt een zaklamp gekocht met led-lampen. Een led-lamp heeft een hoger rendement dan een gloeilampje. Hoe merk je het hogere rendement van leds?
Slide 10 - Open vraag
Bereken de stroomsterkte door het element van 1000 W, als het is ingeschakeld. gebruik de gegevens van de afbeelding!
Slide 11 - Open vraag
Waarom mag de spanning bij speelgoed niet hoger zijn dan 24 V?
A
bij een hogere spanning rijdt het speelgoed te hard
B
bij een hogere spanning wordt de stroom door het lichaam gevaarlijk groot
C
bij een grotere spanning schakelt de beveiliging alles uit
Slide 12 - Quizvraag
Wat geeft de capaciteit van een batterij aan?
A
hoeveel spanning een batterij heeft
B
hoeveel elektrische lading je in de batterij kunt opslaan.
C
hoeveel volt een batterij levert
Slide 13 - Quizvraag
1 kWh kost 0,29 eurocent. Bereken de elektriciteitskosten als je 438 kW verbruikt.
A
€1510,34
B
€438,29
C
€127,02
D
€55,27
Slide 14 - Quizvraag
Wat doet de randaarde als een apparaat onder stroom komt te staan?
A
de randaarde zorgt ervoor dat de aardlekschakelaar uit gaat
B
de randaarde laat een zekering kapot gaan
C
de randaarde voert de stroom snel weg naar de aarde
D
de randaarde voert de stroom naar de rand van het apparaat
Slide 15 - Quizvraag
Sleep de onderdelen naar de juiste plaats in de meterkast.
Zekering
Aardlekschakelaar
kWh-meter
groepenkast
Slide 16 - Sleepvraag
A
B
C
D
Aardedraad
Nuldraad
Fasedraad
Schakeldraad
Slide 17 - Sleepvraag
Aan de slag
Wat? Maak de oefentoets van H5
Hoe? Zelfstandig, overleg fluisterend
Tijd? Tot einde van de les
Hulp? Docent, buur
Resultaat? Klassikaal bespreken
Klaar? Ga in alle rust leren voor de toets
timer
25:00
Slide 18 - Tekstslide
Zelfstandig leren
Ga leren voor de toets op een manier die jij prettig vindt: (Samenvatting, Oefentoets, Gemengde Opgaves, Vragen opnieuw maken, Begrippenlijst, Filmjes kijken enz.)