Opdracht A: ruimte > gedicht.
1. Bepaal welke ruimte het belangrijkste is in jouw boek. De schrijver kiest de ruimtes in het verhaal die goed aansluiten bij de gebeurtenissen. Noteer in je verslag in volledige zinnen:
a. Een beschrijving van de belangrijkste ruimte in het verhaal.
b. Een uitleg waarom dit de belangrijkste ruimte is en koppel dit aan die belangrijke gebeurtenis.