4H - 8.2 - Een nieuwe samenleving (B)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Tijd van Burgers en Stoommachines

8.2 Een nieuwe samenleving (B)

Wat gaan we doen? 

1. Leerdoelen terugkoppeling

2. Leerdoelen

3. Theorie

4. Beeldmateriaal

5. Aan de slag

6. Leerdoelen nabespreken 

Leerdoelen terugkoppeling

Je kunt de levensomtandigheden van arbeiders beschrijven en verklaren. 

Je begrijpt waarom de midden-hogere klassen zich zorgen maakten over de sociale kwestie en je kunt uitleggen welke rol de overheid hierin ging spelen. 

Leerdoelen 

1. Je weet welke groepen zich inzetten voor de emancipatie van arbeiders en hoe zij dit deden. 

2. Je begrijpt de theorie van Marx en je kunt uitleggen in welk opzicht sociaaldemocraten afwijken van Marx' ideeen. 

Theorie 

In de 19e eeuw moesten de arbeiders voor zichzelf zien op te komen en zich verenigen. 

Overheid hield zich afzijdig... 

Theorie 

Er waren meer werkzoekenden dan banen, dus wie ook maar een beetje protesteerde, werd gelijk ontslagen. 

Om toch samen sterk te staan werden vakbonden opgericht. 

Opschrijven:

vakbonden zijn organisaties (voorlopers van politieke partijen) die groepen arbeiders vertegenwoordigen en zich hiervoor inzetten. 

Theorie 

De overheid zagen dit als een belemmering van de vrije economie en zagen vakbonden liever verdwijnen. Toch vond er in die lange 19e eeuw een omwenteling plaats. Steeds meer vakbonden kregen steeds meer invloed. De positie van de arbeider werd beetje bij beetje beter. 

Theorie 

Door de hele sociale kwestie ontstond er bovendien een nieuwe politiek-maatschappelijke stroming. Zo was daar het ontstaan van het socialisme. 

Opschrijven:

Het socialisme stond voor het verbeteren van de levensomstandigheden voor arbeiders en het aanvechten van maatschappelijke ongelijkheid. 

Theorie 

Het socialisme werd net als het liberalisme, confesionalisme en feminisme een emancipatiebeweging. 

Opschrijven:

Emanicpatiebeweging: Dit is wanneer een beweging zich inzet voor verbetering van de maatschappelijke positie van een bepaalde groep. 

Je gaat nu zelf aan de slag met belangrijke stof! 

Je maakt een PowerPoint over
Het Communistisch Manifest. 

Eisen:

- Wat is het? Wanneer uitgegeven? Door wie bedacht? Wat maakt het zo bijzonder? Welke invloed heeft het gehad?

- Twee afbeeldingen. 

- Maak gebruik van de begrippen:

Marx- bourgeoisie - proletariaat - sociaaldemocraten-algemeen kiesrecht - communisten. 

Aan de slag II

1. Lees  paragraaf 8.2 nog eens goed in zijn geheel door! 

2. Afmaken kennen en kunnen lijst 8.2! 

3. Maak de opdrachten 4BCD, 5 en 6 op pagina 151. 

4. Woensdag en vrijdag geen les. In afwachting van Webquest of digitale toets op afstand. 

Leerdoelen nabespreken

Je weet welke groepen zich inzetten voor de emanicpatie van arbeiders en hoe zij dit deden. 

2. Je begrijpt de theorie van Marx en je kunt uitleggen in welk opzicht sociaaldemocraten afwijken van Marx' ideeen.