Nederlands lj 1 basis H4 herhaling hele hoofdstuk

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 4

Herhaling heel hoofdstuk 4

Deze les:

- Lesdoel bespreken
- Uitleg
- Opdrachten maken

Lesdoel:

Herhaling van H4.

Lezen

Inleiding: meestal 1 alinea,  kennismaking met het onderwerp (door grapje of leuk verhaaltje).
Middenstuk: grootste stuk van de tekst, meeste informatie, meer alinea's.
Slot: laatste alinea is het slot, belangrijkste wordt kort herhaald.

LET OP!! Nieuwsbericht heeft géén slot.

Woordenschat

Woorden die elkaars tegenovergestelden zijn = tegenstellingen.
boven <> onder, links <> rechts, groot <> klein, enz.

In de tekst kun je achter de betekenis komen door naar tegenstellingen te zoeken.
Let op signaalwoorden als: maar, echter, daarentegen, toch.

Persoonsvorm in de t.t.

Jan ....... (fietsen) naar school.

1. fiets
2. fietst
3. fietsen

....... (zingen) jij wel eens onder de douche?

1. zing
2. zingt
3. zingen

Tess ....... (worden) volgende week 13 jaar.

1. word
2. wordt
3. worden

.......... (worden) jij nog groter dan 1,65m?

1. word
2. wordt
3. worden

......... (redden) je broer een kind uit de vijver?

1. red
2. redt
3. redden

Meervouden op -en

De meeste zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud op -en.

Hoe maak je die? En wat zijn de afspraken.

Meervouden op -en

Je zet -en achter het woord, maar soms moet je:

- Korte klank? Laatste letter verdubbelen:       

zus > zussen
- Lange klank? Een a, e, o of u weghalen:         

bioscoop > bioscopen
- een -s veranderen in een -z:      muis > muizen
- een -f veranderen in een -v:       dief > dieven

Meervoud van:
raam

Meervoud van:
laars

Meervoud van:
wasrek

Meervoud van:
neef

Verwijswoorden

Let op!

Soms kan het verwijswoord dat ook naar een zin terugverwijzen.

Er rent een losgebroken schaap door de straat. Dat is erg grappig.

Opdrachten maken:

- Oefentoets maken.
Klaar? 
- Alle onderdelen bij trainen verder maken.