Jargon en Taalregister: Begrijp de Taal van Professionals

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jargon en Taalregister


Taal en beleving

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun jij in eigen woorden uitleggen wat jargon en taalregister zijn en kan jij voorbeelden geven.

Slide 3 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen en maak ze bekend aan de studenten.
Wat weet jij al over jargon en taalregister?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Jargon?
Jargon is vaktaal die door sprekers van een bepaalde groep wordt gebruikt. Het zijn woorden en uitdrukkingen die alleen binnen deze bepaalde groep mensen bekend zijn.

Slide 5 - Tekstslide

Vraag de studenten om voorbeelden van jargon te noemen die ze kennen.
Voorbeelden van Jargon
Voorbeelden van jargon zijn bijvoorbeeld mise en place, mastiek, de pas, runners, debarrasseren 

Slide 6 - Tekstslide

Vraag de studenten om meer voorbeelden van jargon te noemen en bespreek ze samen.
Wat is Taalregister?
Taalregister is het gebruik van taal dat past bij een bepaalde situatie, context of sprekersgroep. Het gaat om de woordkeuze, zinsopbouw en toon die je gebruikt.

Slide 7 - Tekstslide

Vraag de studenten om voorbeelden van situaties te noemen waarin je een ander taalregister zou gebruiken.
Voorbeelden van Taalregister
Voorbeelden van taalregister in de horeca zijn bijvoorbeeld het praten in verleden tijd of het gebruik van verkleinwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Vraag de studenten om meer voorbeelden van taalregister te noemen en bespreek ze samen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Belang van Jargon en Taalregister
Jargon en taalregister zijn belangrijk omdat ze ervoor zorgen dat je effectief kunt communiceren binnen een bepaalde context. 

Slide 10 - Tekstslide

Beschrijf het belang van jargon en taalregister en vraag de studenten om voorbeelden te geven waarin misverstanden zijn ontstaan.
Taalregister
Door middel van taalregister kun je jezelf onderscheiden of juist laten zien dat je tot een bepaalde sprekersgroep behoort

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jargon
het gebruik van (vak) jargon kan een gevoel van deskundigheid oproepen of bijdragen aan overtuigingskracht.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herkennen van Jargon en Taalregister
Maak in tweetallen de opdracht op het werkblad

Slide 14 - Tekstslide

Zorg ervoor dat de tekst past bij de interesses van de studenten en laat ze samenwerken om jargonwoorden en het taalregister te herkennen.
Samenvatting
Jargon en taalregister zijn belangrijk voor effectieve communicatie binnen een bepaalde context. Jargon is vaktaal die alleen binnen een bepaalde groep bekend is en taalregister is het gebruik van taal dat past bij een bepaalde situatie of context.

Slide 15 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en vraag de studenten om vragen te stellen of feedback te geven.
opdracht
Ga in jouw eigen omgeving, sportclub, werk, hobbies, eens op zoek naar uitingen die specifiek zijn voor die plaatsen.
ga voor jezelf na welk gevoel deze uitingen oproepen
Neem dit mee naar de volgende les.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat weten jullie nog van de vorige les?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Register en jargon in jouw omgeving

welke uitingen heb je gevonden?
Zijn het voorbeelden van register of jargon?
Welk gevoel roepen deze uitingen op?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taal en beleving
  • verkleinwoorden
  • vaktaal (jargon)
  • verleden tijd

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Herschrijf de uitingen op het werkblad

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies