herhaling lesstof ch. 5 objectif santé lj 2

Ch. 5 Objectif santé
Grammaire:
De ontkenning
Een vraag stellen 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ch. 5 Objectif santé
Grammaire:
De ontkenning
Een vraag stellen 

Slide 1 - Tekstslide

Ontkenningen in het NL zijn: niet, nooit, niets, niet meer, nog niet.
Vertaal deze in het Frans

Slide 2 - Open vraag

Op welke plek staat de ontkenning in de Franse zin?

Slide 3 - Open vraag

Maak ontkennend:
Tu aimes la pizza (niet meer)

Slide 4 - Open vraag

Maak ontkennend:
C'est cher (niet)

Slide 5 - Open vraag

Maak ontkennend:
Je parle anglais (nooit)

Slide 6 - Open vraag

Maak ontkennend:
Je vais au restaurant (nog niet)

Slide 7 - Open vraag

Maak ontkennend:
Je peux manger (niets)

Slide 8 - Open vraag

Les questions
- Vraagteken achter gewone zin (stem omhoog einde zin)
- "Est-ce que" + gewone zin
- Vraag met vraagwoord: aan het begin of einde van de zin. 

Slide 9 - Tekstslide

Welke Franse vraagwoorden ken je?

Slide 10 - Open vraag

Maak de zin vragend:
Tu es malade.

Slide 11 - Open vraag

Maak de zin vragend, gebruik
'est-ce que':
Vous faites du sport.

Slide 12 - Open vraag

Kies de juiste vraag:
Je vais au collège.
A
Tu vas quand ?
B
Tu vas où ?
C
Tu vas comment ?

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste vraag:
Nous rentrons aujourd'hui.
A
Vous rentrez quand?
B
Vous rentrez comment?
C
Vous rentrez combien ?

Slide 14 - Quizvraag

Kies de juiste vraag:
J'ai mal à la tête.
A
Pourquoi tu as ?
B
Quand tu as ?
C
Qu'est-ce que tu as ?

Slide 15 - Quizvraag

Avoir mal...
Nu volgen er een paar zinnen die je gaat vertalen naar het Frans.

Slide 16 - Tekstslide

Vertaal naar het Frans:
Hij heeft buikpijn.

Slide 17 - Open vraag

Vertaal naar het Frans:
Wij hebben pijn in de oren.

Slide 18 - Open vraag

Vertaal naar het Frans:
Zij heeft pijn in haar hand.

Slide 19 - Open vraag

Vertaal naar het Frans:
Jij hebt keelpijn.

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide