1. Wat ..........(betekenen) jouw broertje voor jou?
2. Het (verwoesten) ...........eiland wordt weer opgeknapt.
3. Waarom ...............(antwoorden) jij gisteren niet op de vraag?
4. Hoe ............(worden) jouw konijn verzorgd tijdens de zomer?
5. De dokter heeft veel voor mijn oma ..................(betekenen)
6. De grote golf ..................(verwoesten) gisteren het hele strand.
7. Vorige week ............(wachten) mijn moeder op mij.