Kap, 3,1 bis 3,3 Klas hv1

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Kap. 3.1 bis 3.3 Klas hv1

In deze les gaan we leren:

 welke woorden horen bij de "der-groep" en welke bij de " eingoep"

Vokabeln en Redemittel van Kap. 3.1 bis 3.3 

welk woord hoort niet bij de der groep

1. dies
2. solch
3. kein
4. manch

welk woord hoort niet bij de eengroep

1. mein
2. unser
3. Ihr
4. all

Op welke plaatsen verschillen de der en eengroep

1. 1e manl
2. 1e en 4e vrl
3. 4e onz
4. 1e en 4e onz.

vertaal het woord:
der Anfang

1. aanvankelijk
2. het begin
3. de aanvang
4. aanvangen

vertaal:
fast

1. snel
2. bijna
3. vast
4. vat

vertaal:
außerdem

1. diadeem
2. uitzonderlijk
3. buiten zichzelf
4. bovendien

vertaal: weich

1. zacht
2. week
3. wakker
4. welk

vertaal:
leider

1. leider
2. lijder
3. helaas
4. chef

Vertaal:
riesig

1. niesen
2. reusachtig
3. reizen
4. rijst

Vertaal, let op lidwoord en hoofdletters.
de tafel

Vertaal:
de boekenkast

Vertaal:
zwart

Vertaal:
de stoel

Noem de pers. vnw in de 1e en 4e naamval

Vertaal het zinnetje. Let op hoofdletters.
Kan ik je helpen?

vertaal:
je moet goed opletten.