h3ne SV10 Structuur van verhalen

Welkom H3b
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom H3b

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Leerdoelcheck  tekstopbouw, blz 42
  3. Bespreken huiswerk opd 1, 2, 3 blz 43
  4. Structuur van verhalen
  5. Afsluiting en vooruitblik


Slide 3 - Tekstslide

Uit welke vier onderdelen zijn zakelijke teksten opgebouwd

Slide 4 - Open vraag

Je begint altijd met de titel als je zelf een tekst gaat schrijven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Je krijgt nooit een tweede kans voor een eerste indruk
Een goede titel is
Concreet  (je weet waar de tekst overgaat)
Prikkelend (dit wil je lezen), door te:
1. Dramatiseren,  maak je titel urgent of gewaagd;
2. Een uitdagende vraag of hypothese te stellen
3. Voordeel voor lezer te benadrukken
4.? 





Slide 6 - Tekstslide

Het slot van een tekst kan bevatten
A
nieuwe informatie
B
een samenvatting
C
een conclusie
D
een uitsmijter

Slide 7 - Quizvraag

Je gaat zelf een tekst schrijven. Welke vragen stel je jezelf voordat je begint?

Slide 8 - Open vraag

Huiswerk nakijken, blz 43
1    a     Bijvoorbeeld: Er moet een betere aanpak komen voor pestgedrag.
    -    Wat is het onderwerp? – De ernst en aanpak van pestgedrag.
    -    Wie is de lezer? – Met name medeleerlingen (lezers van de schoolkrant).
    -     Wat voor soort tekst wordt het? – Een overtuigende en activerende tekst.
    -    Wat wil je ermee bereiken? – Lezers overtuigen van de ernst van pesten en ze ertoe 
          aanzetten om actief op te treden tegen pestgedrag.
    -    Wat is de belangrijkste boodschap? – Pestgedrag kan levens kapot maken, dus dit gedrag 
          moet beter worden aangepakt.
    b    Bijvoorbeeld: In theorie zijn we allemaal tegen pesten, maar toch komt pestgedrag nog
          altijd voor bij ons op school. Hier moeten we iets tegen doen!

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
2a.
    -    Pestgedrag zorgt ervoor dat in klassen minder sprake is van gezelligheid en van groepsgevoel.
    -    Het is nodig om pestgedrag beter aan te pakken zodat onze school daadwerkelijk een school ‘voor iedereen’ wordt, waar nu slechts in theorie sprake van is.
    -    Pesterijen kunnen zelfs veertig jaar later nog sociale, fysieke en mentale gevolgen hebben, dus dit moet echt worden voorkomen.
    b    Bijvoorbeeld: Veel mensen zullen pesten blijven zien als iets wat ‘erbij hoort’ en ‘niet te voorkomen’ is, maar dat is een laf en makkelijk antwoord. Als we in theorie echt allemaal tegen pesten zijn, moet het mogelijk zijn om daar in de praktijk ook allemaal naar te handelen.

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
3. a    Bijvoorbeeld: We zijn in theorie allemaal tegen pesten,   
           dus laten we ons in de praktijk ook zo gedragen.
    b    Bijvoorbeeld: Pestgedrag kan leiden tot zelfmoord!



Slide 11 - Tekstslide

Structuur van amuserende teksten/verhalen
Leerdoel; Je leert welke structuurvarianten gebruikt worden in verhalen

Slide 12 - Tekstslide

Amuserende teksten
Het aanbrengen van structuur is niet alleen belangrijk bij 'zakelijke teksten'. Ook als amuseren je tekstdoel is, moet je in staat zijn om structuur aan te brengen. 

Dit kan op verschillende manieren; deze manieren noem je structuurvarianten. 

Slide 13 - Tekstslide

Structuurvarianten
- Chronologische of lineaire structuur: gebeurtenissen worden in volgorde verteld waarin ze zich hebben afgespeeld;

 -Cirkelstructuur: het verhaal begint bij het einde; gaat terug naar het begin en eindigt weer bij het eind;

- Alternerende of afwisselende structuur: het verhaal wordt door verschillende personen verteld, die vaak niet op dezelfde locatie zijn
- Fragmentarische structuur: Het verhaal begint in het midden van de gebeurtenissen en gedurende het verhaal zijn er flashbacks en flashforwards. 

Slide 14 - Tekstslide

Oefenen met structuurvormen
1. Welke structuurvorm (blz 44)  heeft jouw boek?
Schrijf je antwoord kort op in je schrift--5 minuten,
zodat je deze mondeling kunt toelichten in de klas


Slide 15 - Tekstslide

Oefenen met structuurvormen
2. Opdrachten kern, blz 45: werk in duo's
A. Kies wie opdracht 7 en wie opdracht 8 maakt; 10 minuten
B. Geef feedback op elkaars verhaalfragment op:
-inhoud, is het spannend, boeiend en/of plezierig om te lezen?
-schrijfstijl, is er variatie in de zinnen, zijn er stijlfiguren gebruikt?
- correct Nederlands: Is het geschreven zonder taalfouten?

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: woensdag 6 november
  • Huiswerk: Boek 1 is uitgelezen en neem je woensdag mee
  • Meenemen:  leesboek, boek, schrift en pen
  • Programma: boekopdracht in de les


Slide 17 - Tekstslide

h3ne SV10 Structuur van verhalen

Slide 18 - Tekstslide