6.2

Rusland wordt communistisch


6.2
Onvrede over de tsaar
Opkomst Communisme
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Rusland wordt communistisch


6.2
Onvrede over de tsaar
Opkomst Communisme

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 

Je kan uitleggen hoe de Russische samenleving was opgebouwd, functioneerde en werd bestuurd.


Je kan uitleggen waar het marxisme ideologisch voor staat.


Je kan voorbeelden geven van oorzaken voor de Russische Revolutie.

 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

De Russische piramide
De Tsaar

1. Orthodoxe geestelijken
2. Bojaren (= adel)
3. Bourgeoisie, middenstanders
     boeren

De 1e en 2e stand betalen geen belastingen 

Slide 4 - Tekstslide

De Russische piramide (bojaren)
De bojaren helpen de tsaar met regeren, belasting innen en oorlog voeren.

De tsaar en bojaren werden door de kerk beschermd: verzet is daarom onmogelijk.

Houden vast aan het oude systeem. Laten hun vrouwen wel Westerse boeken en mode kopen, maar zien niks in modernisering (in de landbouw).

Slide 5 - Tekstslide

De Russische piramide (boeren)
De boeren (90% van de Russen) wonen in de mir (= dorpgemeenschap) .

Het lijfeigenschap (= soort horigheid) is officieel in 1861 afgeschaft maar heeft weinig veranderd: nog steeds bestaan er herendiensten, betaald de derde stand de belastingen en vragen bojaren hoge pacht.

De boeren worden steeds ontevredener.

Slide 6 - Tekstslide

Noem een oorzaak van de Russische Revolutie.
A
De ongelijke behandeling van de 3e stand
B
Afschaffing van de lijfeigenschap
C
Het hofleven van de tsaar
D
Het moeten leven in de mir

Slide 7 - Quizvraag

Sociaal-revolutionairen
Socialisten-revolutionairen, Socialistische Revolutionaire partij = Partij die boerensocialisme nastreeft. Boeren zijn volgens hen de motor van een socialistische revolutie (met geweld).

Aanhangers: o.a. Aleksandr Kerenski: 


Slide 8 - Tekstslide

Bestuur Alexander II
Tsaar Alexander II:
  • 1861: afschaffing lijfeigenschap zodat de boeren los zouden komen van de bojaren (modernisering dmv staatsleningen). Mislukte.
  • Bouwde fabrieken, mijnen en spoorlijnen (heel vooruitstrevend).
  • Werkomstandigheden in fabrieken even slecht als ervoor als boer. 
    Alexander II is uiteindelijk vermoord.



-Zelfstandige marktgerichte boeren: koelakken. Dit werd door de tsaar gestimuleerd.
-Tsaar probeert de misstanden in de fabrieken te verbeteren.
-Tsaar stimuleert handel, industrie en infrastructuur, (modernisering dmv mijnbouw, spoorwegen en fabrieken)

Slide 9 - Tekstslide

Verbeteringen of problemen?
Tsaar Alexander III (directe voorganger Nicolaas II):
  • Verbood nachtarbeid van vrouwen en kinderen.
  • Werkdagen van maximaal 11,5 uur.
  • Veel productie bedoeld voor de export (inkomsten voor de staat). Zelfs graan, waardoor een misoogst grote gevolgen had (hongersnood).

Sterft in 1894, opgevolgd door Nicolaas II

Slide 10 - Tekstslide

Nog meer problemen
Tsaar Nicolaas II:
  • 1905: staat na verlies in Russisch-Japanse oorlog toe de Doema (= parlement) op te richten. Liberalen hopen daarmee op democratisering. Daarvan blijkt echter geen sprake: de Doema heeft nauwelijks tot geen invloed op het bestuur.
  • Stimuleert de ontwikkeling van zelfstandige en marktgerichte
    boeren: de koelakken.

Slide 11 - Tekstslide

Marxistisch socialisme
Marxistisch socialisme = Socialisme met gemeenschapplijk eigendom van fabrieken invoeren met behulp van revolutie door de arbeidersklasse.

Aanhangers: o.a. Karl Marx (onder), Vladimir Lenin (boven), Josef Stalin: 

> Richten Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij op.
De visie van Marx past niet echt bij Rusland (landbouwstaat), toch overtuigt Lenin in
1903 tijdens partijvergadering in Londen dat de revolutie moet beginnen.

Voorstanders = bolsjewieken (meerderheid) bij de vergadering
Tegenstanders = mensjewieken (minderheid bij de vergadering)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Bij wie hoort:
"Boeren zijn de motor van een socialistische revolutie (met geweld)."
A
Anarchisme
B
Sociaal-Democraten
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 14 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"De arbeidersklasse zal in opstand moeten komen"
A
Anarchisme
B
Sociaal Democraten
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 15 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"Onze ideologie wordt ook wel boerensocialisme genoemd"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 16 - Quizvraag

Oorzaken Russische Revolutie
  • De ongelijke behandeling van de 3e stand (privileges 1e en 2e stand),
  • Het absolutistisch bestuur van de tsaar,
  • Het verlies in de Russisch-Japanse Oorlog (nooit eerder verloor een
      Europees land van een Aziatisch 'minderwaardig' land),
  • En de mislukking van de Doema,
    ...worden de tsaar zeer zwaar aangerekend onder
    de groeiende oppositie. Het is wachten op een
    laatste (grote) misstap van de tsaar...

Slide 17 - Tekstslide

Welke oorzaken van de Russische Revolutie heb je geleerd?
A
Absolutistisch bestuur
B
Onvrede derde stand
C
Doema geen macht
D
Onvrede bojaren

Slide 18 - Quizvraag

Begrippen uit deze les
  • tsaar
  • bojaren
  • lijfeigene (lijfeigenschap)
  • mir
  • socialisme
  • socialisten-revolutionairen
  • Doema
  • koelakken
  • ideologie
  • marxistisch socialisme
  • Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij
  • bolsjewieken
  • mensjewieken





Slide 19 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les
  • 1861: Afschaffing lijfeigenschap
  • 1881: Iemand vermoord
    Alexander II
  • 1903: Partijvergadering RSA (Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij) over het begin van de arbeidersrevolutie (splitsing in boljewieken / mensjewieken)

Slide 20 - Tekstslide

Personen uit deze les

  • tsaar Alexander II
  • tsaar Alexander III
  • tsaar Nicolaas II
  • Karl Marx
  • Vladimir Lenin

Slide 21 - Tekstslide