Hobby's

mon hobby
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

mon hobby

Slide 1 - Tekstslide

Doel
Je kunt in het Frans vertellen over je hobby, en dingen waar je wel en niet van houdt. 
- lessonup (vandaag)
- Oefening maken (vandaag)
later:
-  interview houden met elkaar.
- in 1 van de 3 MVT's je hobby presenteren in een filmpje. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is 'ik hou van' in het Frans?

Slide 3 - Woordweb

J'aime... +

J'aime bien... +/-

J'adore... ++

J'aime beaucoup... ++ 
Je n'aime pas... -

Je n'aime pas beaucoup... +/-

Je détèste ... -- 

Slide 4 - Tekstslide

J'aime beaucoup lire

Slide 5 - Tekstslide

Je déteste le foot
X

Slide 6 - Tekstslide

J'aime bien la danse

Slide 7 - Tekstslide

J'adore la musique

Slide 8 - Tekstslide

J'aime les jeux vidéos

Slide 9 - Tekstslide

J'aime le hockey

Slide 10 - Tekstslide

Je n'aime pas chanter
X

Slide 11 - Tekstslide

J'aime la cuisine

Slide 12 - Tekstslide

J'adore l'équitation

Slide 13 - Tekstslide

J'aime faire du shopping

Slide 14 - Tekstslide

Ik hou van hockey
A
J'aime le hockey
B
Je déteste le hockey
C
Je préfère le hockey
D
J'aime beaucoup le hockey

Slide 15 - Quizvraag

Ik haat lezen
A
J'aime lire
B
Je déteste lire
C
Je n'aime pas lire
D
J'adore lire

Slide 16 - Quizvraag

Ik heb liever muziek
A
J'aime la musique
B
Je déteste la musique
C
Je n'aime pas la musique
D
Je préfère la musique

Slide 17 - Quizvraag

ik hou van + een hobby =

Slide 18 - Open vraag

Je joue...

au foot
au basket
au hockey
au tennis
au volley-ball
au rugby
aux jeux vidéos



Je joue... 

du piano
du violon
de la trompette
de la flûte
de la guitare








Slide 19 - Tekstslide

je fais la cuisine
 j'écoute de la musique
je chante
je danse
je nage
je fais de l'équitation

ik kook
ik luister muziek
ik zing
ik dans
 ik zwem
ik rijd paard

Slide 20 - Tekstslide

ik voetbal op woensdag en zaterdag =
A
Je joue au foot le samedi et le dimanche
B
Je joue au tennis le samedi et le dimanche
C
Je joue au foot le mercredi et le samedi
D
Je joue au foot le jeudi et le samedi

Slide 21 - Quizvraag

1 x per week =
A
une fois par jour
B
une fois par semaine
C
une fois par an
D
une fois par mois

Slide 22 - Quizvraag

Pour le foot, il faut un ballon.

Slide 23 - Open vraag

Pour la danse, il faut...
A
la musique
B
un ballon
C
une trompette
D
un livre (boek)

Slide 24 - Quizvraag

zet in de juiste volgorde:

trois - fois - je fais de la danse- par semaine

Slide 25 - Open vraag

Zet in de juiste volgorde.
un livre - il faut - pour lire

Slide 26 - Open vraag

Ik hou niet van muziek

Slide 27 - Open vraag

Wat kan je al vertellen over je eigen hobby?

Slide 28 - Open vraag