havo 5 8/11

1 / 15
volgende
Slide 1: Link
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
Opdracht 2 nakijken
de rest van paragraaf 8.1
Stelling

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel 
  1. Je kan sociale ongelijkheid herkennen in een bron en het kernconcept vervolgens toepassen.
  2. Je kan uitleggen wat sociale stratificatie en beroepen en functiesegregatie is. 
  3. Je kan je een mening vormen over een onderwerp dat te maken heeft met sociale ongelijkheid.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdconcept verhouding
Verwijst naar de wijze waarop mensen zich van elkaar onderscheiden en tot elkaar verhouden en de manier waarop samenlevingen in sociale zin vormgeven aan deze verschillen. Het verwijst ook naar onderlinge betrekkingen tussen staten. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Hoe noemen we de indeling van sociale lagen, waartussen ongelijkheid bestaat?
Hoe noemen we de indeling van sociale lagen, waartussen ongelijkheid bestaat? 
A
Maatschappelijke ladder
B
Klassensamenleving
C
Gesloten samenleving
D
Sociale stratificatie

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sociale stratificatie
In Nederland wordt sociale stratificatie vaak beschreven op basis van bezit en inkomenssituatie. Macht, status en opleiding hebben daar ook mee te maken.

Slide 6 - Tekstslide

Benadruk hier dat vooroordelen en stereotypen ook een effect kunnen hebben.
Beroepen- en functiesegregatie

Sommige beroepen worden gezien als typisch vrouwelijk en andere als typisch mannelijk. Ook bij functies zien we traditionele opvattingen. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Glazen plafond
Een onzichtbare barrière waardoor vrouwen maar beperkt kunnen klimmen op de maatschappelijke ladder. Hierdoor is het voor vrouwen lastiger om hogere posities te bereiken.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Open- en gesloten samenlevingen
Sociale mobiliteit is de mogelijkheid om te stijgen of te dalen op de maatschappelijke ladder: 




Weinig mogelijkheden hiervoor noemen we een gesloten samenleving, veel mogelijkheden hiervoor noemen we een open samenleving

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Hoe kan de overheid een open samenleving bevorderen?
Hoe kan de overheid een open samenleving bevorderen?

Slide 11 - Open vraag

Voorbeelden zijn: goed en betaalbaar onderwijs, toegankelijke zorg en voldoende werkgelegenheid. Maar ook de invoering van een vrouwenquotum is een voorbeeld.
Opdracht
1. Allemaal tegelijk leggen we de knoop op het vakje van keuze.
2. Wissel uit waarom je hiervoor gekozen hebt. Geef hierbij ten minste 1 argument. 
3, Ga in gesprek over elkaars argumenten. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling
Het glazen plafond moet door de overheid actief tegengegaan worden. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel 
  1. Je kan sociale ongelijkheid herkennen in een bron en het kernconcept vervolgens toepassen.
  2. Je kan uitleggen wat sociale stratificatie en beroepen en functiesegregatie is. 
  3. Je kan je een mening vormen over een onderwerp dat te maken heeft met sociale ongelijkheid.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk
Opdracht 4 en 5

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies