Sperma: Zaadcellen met vocht van prostaatklier (basisch, neutraliseert zure omgeving vagina) en zaadblaasje (fructose voor energie), prostaglandines (bevordert beweeglijkheid) en fibrinogeen (verdikking sperma)).
BINAS 86A1
Slide 9 - Tekstslide
Na de geboorte van een jongen dalen de zaadballen in vanuit de buikholte. Zaadcellen optimumtemperatuur: ongeveer 35°C .
BINAS 86A1
Slide 10 - Tekstslide
Primaire geslachtskenmerken
De kenmerken die vanaf de geboorte aanwezig zijn.
Worden bepaald door aan-/ afwezigheid Y-chromosoom.
Op het Y chromosoom zit het SRY gen. Is dat er? Dan ontwikkelen zich primaire geslachtskenmerken van een jongen.
Slide 11 - Tekstslide
Interseksueel
Er zijn verschillende genetische afwijkingen die er toe leiden dat iemand lichamelijk niet zuiver mannelijke óf vrouwelijke kenmerken heeft.
85.000 mensen in Nederland.
1 op 200!
Slide 12 - Tekstslide
Interseksueel
AOS: XY maar testes (zaadballen) werken niet (dus geen testosteron). Uitwendig een vrouw maar baarmoeder, eierstokken ontbreken.
Hermafroditisme: beide externe geslachtskenmerken zijn aanwezig.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Secundaire geslachtskenmerken
De lichamelijke kenmerken die vanaf de puberteit aanwezig zijn.
Worden bepaald door de hormonen die worden afgegeven vanaf de puberteit.
Slide 15 - Tekstslide
Tertiaire geslachtskenmerken
De geestelijke geslachtskenmerken.
Slide 16 - Tekstslide
Puberteit
Tijdens de puberteit ontwikkelt je eigen seksualiteit.
Je ontdekt waar je seksuele voorkeur ligt.
Heteroseksueel/ homoseksueel/ biseksueel.
Welke andere begrippen ken je?
Slide 17 - Tekstslide
Ongewenste intimiteiten
Ongewenst gedrag van seksuele aard.
Kan van heel mild tot heel extreem.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Wat is een follikel?
A
Een onrijpe eicel
B
Een onrijpe eicel met een laagje andere cellen
C
Een rijpende eicel
D
Een ander woord voor baarmoeder
Slide 26 - Quizvraag
Hoe groot is de clitoris?
A
Zo groot als een erwt
B
Ongeveer evengroot als een penis
Slide 27 - Quizvraag
Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen geslacht en gender
Slide 28 - Open vraag
Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Doel 4.1
Je hebt de bouw van de vrouwelijke en mannelijke voortplantingsorganen geleerd