H2L4 - 1THE - Donderdag 16 november - 2.3 Lezen

Welkom 1THE
 : )

Planning van het uur
  • Mededeling: lessenserie gespreksvaardigheid volgende week
  • Huiswerk bespreken
  • Uitleg + zelfstandig werken
Volgende uur
  • Stillezen

Aan het einde van deze les
  • weet je wat tekstverbanden zijn;
  • weet je wat signaalwoorden zijn;
  • kun je drie tekstverbanden herkennen: het opsommend tekstverband, het tekstverband van tijdvolgorde en het tegenstellend tekstverband. 



1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom 1THE
 : )

Planning van het uur
  • Mededeling: lessenserie gespreksvaardigheid volgende week
  • Huiswerk bespreken
  • Uitleg + zelfstandig werken
Volgende uur
  • Stillezen

Aan het einde van deze les
  • weet je wat tekstverbanden zijn;
  • weet je wat signaalwoorden zijn;
  • kun je drie tekstverbanden herkennen: het opsommend tekstverband, het tekstverband van tijdvolgorde en het tegenstellend tekstverband. 



Slide 1 - Tekstslide

Feiten en meningen herkennen
Feit
Mening
- Het is echt
- Het is werkelijk gebeurd
- Je kunt het meestal controleren
- Twee mensen vertellen hetzelfde als je ernaar vraagt


Voorbeeld:
De klimwand waar mevrouw Van Dam klimt is 17 meter hoog.
- Het is wat iemand ergens van vindt of over denkt
- Het kan verschillen per persoon: iedereen kan een andere mening hebben


Voorbeeld:
Mevrouw Van Dam vindt klimmen op een klimwand van 17 meter heel leuk, maar haar moeder vindt het eng. 

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
timer
5:00
Wat
Huiswerk bespreken (opdracht 1 t/m 6 van 2.3 Lezen)
Hoe
Klassikaal
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd
Ongeveer vijf minuten
Uitkomst
Deze leerstof komt terug in je boekopdracht 
Klaar
Hierna gaan we verder met de les

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag eet ik als tussendoortjes een banaan, een bakje yoghurt en een stukje chocola.

Dit is een opsomming van:
A
de dingen die ik eet
B
de tussendoortjes die ik eet
C
de tussendoortjes die ik vandaag eet
D
de snacks die ik neem

Slide 4 - Quizvraag

Opsomming

Slide 5 - Tekstslide

Opsommend tekstverband
           tekstgedeelte 1                           signaalwoord                  tekstgedeelte 2 
            een plak cake                                                               en                                               een saucijzenbroodje

Slide 6 - Tekstslide

Opsommend tekstverband
           tekstgedeelte 1                           signaalwoord                  tekstgedeelte 2 
            een plak cake                                                               en                                               een saucijzenbroodje
bovendien, verder, daarnaast, ook, tot slot

Slide 7 - Tekstslide

Tekstverbanden
           tekstgedeelte 1                          signaalwoord                            tekstgedeelte 2 


woord, zin of alinea
woord, zin of alinea

Slide 8 - Tekstslide

Ik pak m'n hardloopschoenen in, verder stop ik mijn sokken in m'n tas en daarnaast ook mijn hartslagmeter. Tot slot gooi ik mijn horloge er nog bij.

Hoeveel delen heeft deze opsomming?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quizvraag

Ik pak m'n hardloopschoenen in, verder stop ik mijn sokken in m'n tas en daarnaast ook mijn hartslagmeter. Tot slot gooi ik mijn horloge er nog bij.

Waarvan is dit een opsomming?

Slide 10 - Open vraag

Ik pak m'n hardloopschoenen in, verder stop ik mijn sokken in m'n tas en daarnaast ook mijn hartslagmeter. Tot slot gooi ik mijn horloge er nog bij.

Welke signaalwoorden van een opsommend tekstverband zie je in deze zin?

Slide 11 - Woordweb

Geef een opsomming van alle vakken die je vandaag hebt. Maak er een hele zin van, die begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.

Begin bijvoorbeeld zo: 'Vandaag heb ik de vakken...' en maak de zin dan af.

Slide 12 - Open vraag

Tekstverbanden
           tekstgedeelte 1                          signaalwoord                            tekstgedeelte 2 


woord, zin of alinea
woord, zin of alinea

Slide 13 - Tekstslide

signaalwoorden die een tegenstelling laten zien
je hebt ook

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een tegenstelling?

Slide 15 - Open vraag

Tegenstelling
twee dingen die heel verschillend zijn of het tegenovergestelde

mooi - lelijk
zonnig weer - regen
stil - druk 

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de tegenstelling van 'interessant'?

Slide 17 - Open vraag

Tekstverbanden
     Het zou vandaag mooi weer worden                                                                                                                     nu regent het


woord, zin of alinea
woord, zin of alinea

Slide 18 - Tekstslide

Tekstverband van een tegenstelling
     Het zou vandaag mooi weer worden                                           maar                                                                  nu regent het


tekstgedeelte
(woord, zin of alinea)
tekstgedeelte
(woord, zin of alinea)
signaalwoord

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het signaalwoord in deze zin:

Ik wil in bed blijven liggen, toch ga ik opstaan.
A
in
B
ga
C
toch
D
opstaan

Slide 20 - Quizvraag

Is dit een tegenstelling of een opsomming?

Het is koud en het regent buiten.
A
tegenstelling
B
opsomming

Slide 21 - Quizvraag

Is dit een tegenstelling of een opsomming?

Het boek is lang, toch heb ik het uitgelezen.
A
tegenstelling
B
opsomming

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het signaalwoord in deze zin?

Anna mist Akim enorm, maar ze laat het niet merken.
A
enorm
B
maar
C
niet
D
merken

Slide 23 - Quizvraag

Tekstverbanden
tekstverband
signaalwoorden
opsommend
ten eerste, om te beginnen, ook, tevens, bovendien, daarnaast, niet alleen.... maar ook, verder, zowel... als, ten slotte 
tegenstelling
maar, echter, evenwel, toch, daarentegen, integendeel, enerzijds .... anderzijds, daar staat tegenover
tijdsvolgorde
eerst, intussen, terwijl, toen vervolgens, daarna, nadat, zodra, ten slotte

Slide 24 - Tekstslide

Tekstverband van tijdsvolgorde
           tekstgedeelte 1                           signaalwoord                  tekstgedeelte 2 

 
Eerst pak ik mijn spullen                                     daarna                                   stap ik op de fiets. 

Slide 25 - Tekstslide

                   Individueel werken 
timer
5:00
Wat
Lees de leerteksten van 2.3 Lezen
Maak opdracht 7 t/m 12 van 2.3 Lezen 
Hoe
Rustig overleggen
Hulp
Steek je vinger op, dan kom ik langs
Tijd
Tot het einde van de les
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de repetitie
Klaar
Lees in je leesboek 
Geen leesboek? Maak een samenvatting van 2.3 Lezen, 2.5 Woorden, 2.7 Grammatica zinsdelen, 2.8 Grammatica woordsoorten en 2.9 Spelling

Slide 26 - Tekstslide

Stillezen
Wat
Lees in stilte in je leesboek
Hoe
Individueel 
Hulp
Geen
Tijd
35 minuten 
Uitkomst
Over dit boek ga jij jouw profielopdracht maken
timer
0:35

Slide 27 - Tekstslide

Samenvatting van de les
Jij
  • weet wat tekstverbanden zijn;
  • weet wat signaalwoorden zijn;
  • kunt drie tekstverbanden herkennen: het opsommend tekstverband, het tekstverband van tijdvolgorde en het tegenstellend tekstverband. 


Huiswerk
Lees de leerteksten van 2.3 Lezen
Maak opdracht 7 t/m 12 van 2.3 Lezen 

Slide 28 - Tekstslide