In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Arbeidsrecht week 4
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je nog van de vorige lessen?
Slide 2 - Woordweb
Wat is het verschil tussen een tijdelijk contract en een vast contract?
Slide 3 - Open vraag
In afdeling 9 van boek 7 BW vind je bepalingen over hoe een contract voor bepaalde tijd eindigt. In welk artikel met welk lid staat dit?
Slide 4 - Open vraag
Einde van rechtswege
Als werkgever en werknemer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd hebben afgesloten, bijvoorbeeld voor zes maanden of één jaar, dan eindigt dit contract automatisch als de periode voorbij is, art. 7:668 lid 1 BW.
Slide 5 - Tekstslide
Als werkgever heb je wel een plicht richting de werknemer of je de arbeidsovereenkomst af laat lopen of gaat verlengen. Hoe heet deze plicht, wat houdt die in en in welk artikel is dit te vinden?
Slide 6 - Open vraag
Vraag & antwoord
Kijk in art 7: 668a BW en lees lid 1
Slide 7 - Tekstslide
Na hoeveel maanden krijg je op basis van lid 1 een vast contract?
A
12
B
36
C
24
D
48
Slide 8 - Quizvraag
Na hoeveel contracten moet je een vast contract krijgen?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 9 - Quizvraag
Stel dat je 1 contract hebt dat 10 jaar duurt, heb je dan een vast contract?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel maanden mogen er maximaal tussen de contracten zitten, zodat er wordt doorgeteld?
A
2
B
3
C
4
D
6
Slide 11 - Quizvraag
Rechtspraak ontleden..
We lopen samen de volgende uitspraak van het gerechtshof door: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHARL:2022:5128
Slide 12 - Tekstslide
Samenvatting
Schrijf hiervan een korte samenvatting. Wat waren de feiten?
Wat was het standpunt van de werkgever?
Wat was het standpunt van de werknemer?
Wat vond de kantonrechter? Wat is de uitspraak van het Gerechtshof? Wat is jouw mening?