,

§1.1 Van vorstendommen tot kolonie

Van vorstendommen tot kolonies
Nederland en Indonesië
- Telefoon in de telefoontas
- Spullen op tafel: boek en samenvatting schrift
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Van vorstendommen tot kolonies
Nederland en Indonesië
- Telefoon in de telefoontas
- Spullen op tafel: boek en samenvatting schrift

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

...kan in de culturele, politieke, economische en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders

...kan ik beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië

...kan ik uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde

...ken ik de begrippen VOC, handelsmonopolie, modern imperialisme, KNIL, pacificatie, indirect bestuur en gouverneur-generaal
AAN HET EINDE VAN DEZE WEEK...

Slide 3 - Tekstslide

Klassikale uitleg - heel klein deel van par. 1.2 

Herhalen aan de hand van vragen via LessonUp

Aan het werk met de opdrachten 

Nakijken als je klaar bent 
DOEN
- Telefoon in de tas
- Vaste klassenopstelling 

Slide 4 - Tekstslide

Indonesië

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Leerdoel:
  • Je kunt culturele, economische, politieke en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders 
Begrippen:
  • Geen
B
De VOC in Oost-Indië
Leerdoel:
  • Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië
Begrippen:
  • Handelsmonopolie
  • Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC)
C
De kolonie Nederlands-Indië
Leerdoel:
  • Je kunt uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde
Begrippen:
  • Indirect bestuur
  • Gouverneur-generaal
  • Indirect bestuur

  • Pacificatie
  • Koninklijk Nederlands-Indisch leger
  • Modern imperialisme

Slide 7 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Leerdoel:
  • Je kunt culturele, economische, politieke en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders 
  • 50x zo groot als NL
  • Veel eilanden, 1600 geen eenheid!
  • jagers-verzamelaars, maar ook grote landbouwsamenlevingen

Slide 8 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Vanaf de 2e eeuw handel met Aziatische landen. Hierdoor meerdere culturele invloeden: 
  • Schrift uit India
  • Chinese munten bij handel
  • Boeddhisme en hindoeïsme --> tempels
  • Vanaf 16e eeuw Islam belangrijkste godsdienst

Slide 9 - Tekstslide

Steen met schrift uit het koninkrijk Sriwijaya (eind 7e tot 13e eeuw) op het Indische eiland Sumatra

Slide 10 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Koninkrijk Soenda (op Java):
  • Handelden met andere eilanden via hun havensteden zoals Jakarta en Bantam
  • 1579: veroverd door de Islamieten: stichting sultanaat Bantam

Atjeh:
  • 1520: Islamitisch sultanaat
  • Belangrijke schakel in handel tussen eilanden en vaste land
  • Handel in specerijen. => Atjeh werd rijk
  • Tempels, paleizen, sterke oorlogsvloot

Slide 11 - Tekstslide

Wat over de bron is waar?
A
Het eiland Sumatra had schrift, wat wijst op een ontwikkelde samenleving
B
Het koninkrijk Sriwijaya was waarschijnlijk het enige Indische rijk met schrift
C
Deze bron is waarschijnlijk geschreven door Nederlandse handelaren
D
Deze bron komt uit een samenleving van jagers en verzamelaars

Slide 12 - Quizvraag

Hieronder staan vier feiten over het Indische rijk Modjohit. Geef bij elk kenmerk aan of het een cultureel of een economisch kenmerk is, of geen van beide.
Cultureel
Economisch
Geen van beide
Modjohit beheerste veel handelsroutes
Modjohit had een koning 
Modjohit ontstond rond 1300 op Java 
Modjohit was hindoe-boeddhistisch 

Slide 13 - Sleepvraag

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
Leerdoel:
Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië
  • Tot 1596: handel voeren met Portugezen, wat erg duur was
  • Nederland wilde zelf een route vinden naar Azië toe. Dit lukte in 1596
  • Waarom Azië? Om specerijen, zoals peper en nootmuskaat 

Slide 14 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
  • 1602: oprichting Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) 
  • Tot 1800 grootste bedrijf ter wereld
  • Doel: concurrentie voorkomen. De VOC kreeg het handelsmonopolie. De VOC mocht als met hun schepen handel drijven in Azie van de VOC mochten handel voeren. Dus andere kooplieden van NL niet! 
  • Handelsposten op Java, India, China, Japan. Belangrijkste: Batavia op Java
  • Fort, haven, pakhuizen, woningen VOC-bestuurders en soldaten

Slide 15 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
  • VOC mocht oorlog voeren en volkeren met geweld dwingen tot samenwerking
  • Genocide van Banda (1621), duizenden bewoners vermoord o.l.v. Jan Pieterszoon Coen
  • VOC voerde oorlogen om handelsposten te stichten. Veel meer gebied had de VOC niet

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Welk recht kon de VOC gebruiken om de bevolking op de Indische eilanden tot samenwerking te dwingen?
A
Het recht om een handelsmonopolie op te richten
B
Het recht om een handelsroute naar Azië te vinden
C
Het recht om handelsposten te vestigen
D
Het recht om oorlog te voeren en forten te bouwen

Slide 21 - Quizvraag

Wat was een belangrijk argument voor inwoners van de Indische eilanden om niet te willen samenwerken met de VOC?

A
De VOC wilde de bevolking bekeren tot een ander geloof
B
De VOC wilde de handel met Chinese, Portugese of Arabische handelaren verbieden
C
De VOC wilde de winst van de handel in specerijen delen met andere handelaren
D
De VOC wilde het hele eiland veroveren

Slide 22 - Quizvraag

Aan het werk!
  • Maken paragraaf 1.1 A en B (Blz. 10 t/m 13)
  •  Vraag? Steek je vinger op.
  • Morgen valt het uit. Dus huiswerk voor dinsdag is 1.1 A en B = AF
  • Klaar? Maak de introductie op blz. 8 en 9

Slide 23 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Leerdoel:
  • Je kunt culturele, economische, politieke en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders 
Begrippen:
  • Geen
B
De VOC in Oost-Indië
Leerdoel:
  • Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië
Begrippen:
  • Handelsmonopolie
  • Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC)
C
De kolonie Nederlands-Indië
Leerdoel:
  • Je kunt uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde
Begrippen:
  • Indirect bestuur
  • Gouverneur-generaal
  • Indirect bestuur

  • Pacificatie
  • Koninklijk Nederlands-Indisch leger
  • Modern imperialisme

Slide 24 - Tekstslide

L1 Je kunt culturele, economische, politieke en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders
- Sociaal/cultureel: Veel verschillende eilandjes, met vele volken met verschillende culturen, schrift uit India, eerst boeddhisme en hindoeïsme, kunst en architectuur gebaseerd, op geloof, daarna kwam Islam
- Economisch: gebruikten Chinese munten bij de handel, specerijen verkopen (Atjeh), meeste mensen waren boer.
- Politiek: Vorst/sultans schreef wetboeken, belasting innen en voerden oorlogen met elkaar, door rijkdom > paleizen en oorlogsvloot

L2 Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië

-NL wou zelf een route naar Azië en niet meer afhankelijk zijn van de Portugezen, veel schepen vertrokken naar Azië
- 1602: oprichting Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), tot 1800 grootste bedrijf 
- Doel: concurrentie voorkomen, specerijen. De VOC kreeg het handelsmonopolie. Alleen schepen van de VOC mochten handel voeren.
- Fort, haven, pakhuizen, woningen VOC-bestuurders en soldaten
- De VOC dwong verschillende bevolkingen om alleen met hun handel te drijven, vb. Banda
Leerdoel:
  • Je kunt culturele, economische, politieke en sociale kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders 
Leerdoel:
  • Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië

Slide 25 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
- In de 17e en 18e eeuw had de VOC vooral handelsposten langs de kust van Oost-Indie, maar in de 19e eeuw veroverde NL steeds meer land
-1800: Modern imperialisme= EU landen moesten zoveel mogelijk landen veroveren om een groot rijk op te bouwen
Drie oorzaken:
  • grondstoffen voor de industrie
  • het gaf je aanzien
  • Europeanen voelden zich het beste. Vonden dat ze recht hadden om andere volken te overheersen, eigen cultuur verspreiden


Slide 26 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
  • 1798: VOC gaat failliet. Staat neemt alle bezittingen over.
  • De gebieden van Oost-Indië wordt een kolonie: Nederlands Indië

Slide 27 - Tekstslide

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
Nederland richt het Koninklijke Nederlands-Indisch Leger (KNIL) op. Doel: alle eilanden veroveren.
Officieren waren Nederlanders, soldaten waren inheemse bewoners of andere Europanen

Nederland noemde veroveren pacificatie: brengen van vrede

- NEE. 1873: NL besloot Atjeh op Samatra te veroveren. Veel verzet van Atjeh. KNIL brandde honderden dorp plat en vermoordde tienduizenden inwoners. In 1903 gaven de leiders op


Zag de inheemse bevolking dit ook zo?

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoel:
Je kunt uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde
Begrippen:
  • Indirect bestuur
  • Gouverneur-generaal
  • Pacificatie
 
  • Koninklijk Nederlands-Indisch leger
  • Modern imperialisme

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
Indirect bestuur: inheemse bestuurders blijven op hun plek, maar worden aangestuurd door de NL'ers (voordeel dat er weinig NL'ers nodig zijn om de kolonie te besturen)
Gouverneur-generaal = Hoogste bestuurder
Residenten uit NL hielpen mee 
Regenten = Indonesische bestuurders
Samen met dorpshoofden het gebied goed besturen

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les
1596 - Nederlandse handelsschepen komen aan in de haven van Bantam (Java)
1602 - Oprichting VOC
1621 - Genocide op Banda (eilandengroep)
1798 - VOC failliet
1800 - begin modern imperialisme
1873-1903 - Atjeh-oorlog

Slide 34 - Tekstslide

Welke zin past bij het indirecte bestuur in Nederlands-Indië?
A
Dorpshoofden wijzen een Gouverneur-Generaal aan
B
Nederlanders sturen regenten aan die hun eigen gebied besturen
C
Onafhankelijke Indische dorpshoofden besturen hun eigen gebied
D
Regenten geven bevelen aan Nederlandse residenten

Slide 35 - Quizvraag

Hoe werden de Indische bestuurders genoemd, die door Nederland werden benoemd?
A
Dorpshoofden
B
Gouverneur-Generaal
C
Regenten
D
Residenten

Slide 36 - Quizvraag

Bestuur van Nederlands Indië
Uit welk land?
Van hoog naar laag
Gouverneur-Generaal
Regenten
Residenten
Dorpshoofden
Nederland
Indonesië

Slide 37 - Sleepvraag

timer
1:00
Overleggen/samenwerken mag maar doe dit rustig
AAN DE SLAG!
Wat?
Heel §1.1
Opdracht 1 t/m 12
Waarom?
Omdat je de lesstof eigen moet maken
Hoe?
Lees eerst de teksten en dan de paragaaf 
Klaar?
Begin alvast met het lezen van paragraaf 2 op blz. 16

Slide 38 - Tekstslide

Heb je het gesnapt?

Slide 39 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
Verenigde Oost-Indische Compagnie
Handelsmonopolie
Modern-imperialisme
Koninklijk Nederlands-Indisch leger
Pacificatie
Indirect bestuur
Gouverneur-Generaal

Slide 40 - Tekstslide


Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 41 - Open vraag


Schrijf een vraag wat je nog niet hebt gesnapt

Slide 42 - Open vraag


Leg in je eigen woorden uit waarom Nederland
zijn macht over Oost-Indië uitbreidde

Slide 43 - Open vraag


Geef je inzet tijdens deze les een cijfer
110

Slide 44 - Poll


Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll


Wat kan er beter/anders aan deze les?

Slide 46 - Open vraag

Voor dat de Nederlanders in Indië aankwamen, waren het onafhankelijke koninkrijkje.

De VOC, opgericht in 1602, kreeg het handelsmonopolie in Indië. Zij bouwen daar handelsposten.

De VOC kreeg het recht om namens Nederland oorlog te voeren. De Genocide van Banda is de bekendste. 

Als in 1798 de VOC failliet gaat, neemt de staat alles over. Indië krijgt een nieuwe naam: Nederlands Indië. Het wordt een kolonie van Nederland. Het KNIL wordt opgericht. Zij krijgt als taak om alle eilanden bij elkaar te veroveren. Nederland noemde dit overigens pacificatie. De oorzaak van deze veroveringen was het modern imperialisme

Er wordt een indirect bestuur geplaatst in Nederlands-Indië. De baas is de Gouverneur-Generaal. Onder hem staan de residenten. Die sturen weer de inheemse regenten aan. Onder de regenten staan de dorpshoofden.
Afsluiting

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide