W16 H6 paragraaf 1
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Tekstslide
Om te produceren zijn productiefactoren nodig. Welke productiefactoren zijn er? (KANO)
A
Kapitaal, Arbeid, Natuur en Omzet
B
Kennis, Arbeid, Natuur en Omzet
C
Kapitaal, Arbeid, Natuur en Ondernemerschap
D
Kennis, Arbeid, Natuur en Ondernemerschap
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Wat is de beloning van de productiefactor kapitaal?
A
Pacht
B
Loon
C
Winst
D
Rente
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de beloning voor de productiefactor natuur?
A
loon
B
rente
C
pacht
D
winst
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de beloning van de productiefactor arbeid?
A
Pacht
B
Loon
C
Winst
D
Rente
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de beloning voor de productiefactor ondernemerschap?
A
Huur
B
Loon
C
Winst
D
Pacht
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Wat is toegevoegde waarde?
A
Alle productiefactoren samen.
B
Alle beloningen van de productiefactoren samen.
C
Alle bedrijven van de productiefactoren samen.
D
Alle aantallen van de productiefactoren samen.
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Wat is arbeidsintensief?
A
Veel werken met machines
B
Werken met veel mensen
Slide 15 - Quizvraag
Wat is kapitaalintensief?
A
Mensen doen
vooral het werk.
B
Machines doen vooral het werk.
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
robot aanschafprijs: € 275.000
restwaarde: € 20.000
gebruiksjaren: 8 jaar
Bereken de jaarlijkse afschrijvingskosten.
restwaarde: € 20.000
gebruiksjaren: 8 jaar
Bereken de jaarlijkse afschrijvingskosten.
