1.6 Ademhaling dieren

Start opdracht (5 min)
In stilte, zonder boek.
Beschrijf voor jezelf hoe mensen/zoogdieren adem halen. 
Waardoor wordt lucht de longen ingezogen?
Waardoor wordt lucht de longen uitgeblazen? 

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Start opdracht (5 min)
In stilte, zonder boek.
Beschrijf voor jezelf hoe mensen/zoogdieren adem halen. 
Waardoor wordt lucht de longen ingezogen?
Waardoor wordt lucht de longen uitgeblazen? 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ademhaling bij dieren

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel

Je kunt beschrijven hoe de gaswisseling plaatsvindt bij verschillende diergroepen

Vandaag:
Eencellig, Zoogdier, Amfibieën, Reptiel, Insect

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ademhaling bij eencelligen
  • Amoeben zijn eencellige organismen
  • Eencelligen halen adem via het celmembraan
  • Het oppervlak is groot genoeg om voldoende O2 op te nemen en CO2 af te geven
  • Er zijn dus geen speciale organen nodig voor ademhaling

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ademhaling bij dieren
Gespecialiseerd orgaan nodig voor gaswisseling!

Slide 6 - Tekstslide

alle organismen doen aan stofwisseling en dus ook aan gaswisseling
Zoogdieren en reptielen

  • Ademhaling via longen
  • Sommige reptielen, zoals slangen maar 1 long

    (gebrek aan ruimte)
Longen bij een iguaan (reptiel)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Amfibieën
  • Ademen via longen is vaak de basis
  •  Maar ook via de (dunne) huid
  • In jonge fase vaak nog kieuwen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwaakblaas - onderdeel wangen

(Vinden partner)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adembewegingen
(Achterlijf)
Tracheeën

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Insecten 
  • Insecten ademen via buizen: tracheeën.

  • De lucht gaat in en uit de tracheeën via stigma’s. (kleine openingen)

  • Insecten ademen in en uit door hun achterlijf groter en kleiner te maken. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tracheeën
Vertakte buisjes

Overal in het lichaam

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start opdracht - nabespreking
Beschrijf voor jezelf hoe mensen/zoogdieren adem halen. 
Waardoor wordt lucht de longen ingezogen?
Waardoor wordt lucht de longen uitgeblazen? 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lees: Basisstof Ademen bij dieren
Alleen: Eencelligen, zoogdieren, amfibieën, reptielen en insecten
Maak: Opdracht 1, 2, 5

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start opdracht (5 min)
In stilte, zonder boek.
Beschrijf voor jezelf hoe mensen/zoogdieren adem halen. 
Hoe wordt lucht de longen ingezogen?
Wat zorgt ervoor dat onze longen kunnen uitademen? 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lees: Ademhaling bij dieren 
Paragraaf eencelligen en insecten

Maak: opdracht 1, 2, 3

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vissen
  • Vissen ademen met kieuwen.

  • Vissen halen met hun kieuwen zuurstof uit het water en geven er koolstofdioxide aan af.

  • In de kieuwplaatjes gaat zuurstof naar het bloed en koolstofdioxide naar het water.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies





Elke kieuw bestaat uit meerdere kieuwbogen. Hieraan zitten heel veel kieuwplaatjes.
Met de kieuwplaatjes kan de vis de zuurstof opnemen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vogels
  • Aan de longen zitten luchtzakken.
  • Een aantal luchtzakken ligt aan de voorkant van de longen, een aantal ligt meer aan de achterkant.
  • De longen van een vogel worden niet groter en kleiner, de luchtzakken om de longen wel.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check ook de note!!!

Slide 23 - Tekstslide

In plaats van de longen worden bij vogels de luchtzakken groter bij inademen. 

Bij het inademen gaat hierdoor al lucht langs de longen (gaswisseling!) 

Bij het uitademen worden de luchtzakken kleiner en gaat de lucht nog eens langs de longen (gaswisseling!)

Dit zorgt ervoor dat vogels dus eigenlijk twee keer zuurstof in het bloed krijgen per inademing + uitademing. 

Bij mensen gebeurt dit maar 1 keer per inademing + uitademing. 

Dit is heel goed voor vogels omdat ze veel zuurstof nodig hebben voor hun lichaamstemperatuur hoog te houden en omdat ze een hogere stofwisseling hebben (meer verbrandingen per tijd) dan mensen. 

De luchtzakken helpen ook heel veel bij vliegen, hoe meer lucht er in een vogel zit, hoe minder zwaar ze zijn t.o.v. de lucht. 
Longen en luchtzakken

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk dier kan ademhalen met de huid?
A
Olifant
B
Krokodil
C
Kikker
D
Kip

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom hebben pantoffeldiertjes geen longen of kieuwen?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een trachee en stigma?
A
Trachee= inademen, Stigma= uitademen
B
Trachee= groot, Stigma= klein
C
Trachee=uitademen, Stigma= inademen
D
Trachee=Klein, Stigma= groot

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ademen via longen

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Maak de opdrachten van paragraaf 13.2. 

Klaar? Nakijken en alvast paragraaf 8 lezen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies