§2 verwarmen

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
- Je weet wat de soortelijke warmte is en kunt hier      berekeningen mee uitvoeren.

Slide 2 - Tekstslide

Energiestroomdiagram

Slide 3 - Tekstslide

Soortelijke warmte
De soortelijke warmte van een stof is de hoeveelheid energie wat nodig is om 1 gram van een stof met 1 graad omhoog te laten stijgen.

Van water is dat 
Het symbool is c (kleine letter)
Dit is een stofeigenschap.
4,2Jg0C
/

Slide 4 - Tekstslide

C = SOORTELIJKE WARMTE

Slide 5 - Tekstslide

Rekenen met (soortelijke) warmte

Formule :   Q = c x m x ΔT
Q = warmte in Joule (J)
c = soortelijke warmte (J/g.oC)
m = massa in gram (g)
ΔT= temperatuurstijging: = Teind - Tbegin (oC)

Slide 6 - Tekstslide

Hoeveel energie heb je nodig om 20 g water te laten koken wat een begintemperatuur heeft van 23 graden Celsius en een soortelijke warmte van 4,2 J/(g.oC)

Slide 7 - Open vraag

Voor het verhitten van 500 kg tin van
278˙C tot 478˙C zijn 22000 kJ nodig.
Bereken de soortelijke warmte van tin.

Slide 8 - Open vraag

Maak opgave: 18, 20, 23, 25 en 26

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide