H3G - methonymie 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

WELKOM

lesinhoud

- voorbeelden beeldspraak

- verschillende vormen metonymie

- verschil vergelijking, metafoor en metonymie

- aan de slag met de opdrachten

- klassikaal betekenis woorden bespreken

Vind je het moeilijk om beeldspraak te herkennen? 

Laat je antwoord weten in de chat!

Leerdoel 1:

-Je kunt verschillende vormen van metonymie herkennen, begrijpen en gebruiken.

Woordenschat

Bespreek de woorden van opdracht 3.
Kies welke twee woorden jullie het moeilijkst vinden en laat het weten in de chat.

eigenschap - persoon

'De kleine haalde een goed cijfer voor de toets'. 

Je noemt eigenschap (klein)  maar je bedoelt een persoon (bijv. Jarco van 1,50 m). 

'Ik drink nog even een glaasje'.

1. deel-geheel
2. eigenschap-persoon
3. materiaal-voorwerp
4. voorwerp-inhoud

voorwerp - inhoud

'Even de koppen tellen'

Welke vorm van methonymie is dit? 

geheel - deel

'JFC doet mee aan tv-programma...'

Je noemt geheel (JFC)  maar je bedoelt een deel (groepje leerlingen van het JFC). 

Voor de Elfstedentocht heeft hij de ijzers aangetrokken.

1. geheel-deel
2. deel-geheel
3. materiaal-voorwerp
4. product-product

materiaal - voorwerp

vergelijking - metafoor - metonymie

vergelijking 

De jongen werd zo rood als een tomaat. 

Bij een vergelijking worden het object (de jongen) 

  en het beeld  (een tomaat) beiden genoemd. 

metafoor 

Bij en metafoor vallen object en beeld samen.

Het beeld vervangt het object.

'Die tomaat heeft vast veel gesport'.

metonymie

Bij methonymie is er een verband tussen object en beeld, maar object en beeld worden niet met elkaar vergeleken! 

'Geef mij de Heinz is even aan'. 

vergelijking - metafoor - metonymie

- 'De jongen werd zo rood als een tomaat'.

- 'Die tomaat heeft vast veel gesport'. 

- 'Geef mij de Heinz is even aan'.

Leerdoel 2:

-Je kent de woorden uit de paragraaf.

Wat is het verschil tussen vergelijking, metafoor en metonymie?

Huiswerk

Maken: je leerlijn van H3 Woordenschat