ISK 4 schrijven in Nederlands les 2

ISK 4 schrijven in Nederlands les 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsISK

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ISK 4 schrijven in Nederlands les 2

Slide 1 - Tekstslide

Nederlands!

Slide 2 - Tekstslide

Hoe gaat het met jullie vandaag?
😀 🙂 😐 ☹️ 😡

Slide 3 - Tekstslide

Aan het einde van de les

Slide 4 - Tekstslide

Kijkvraag
Schrijf 5 woorden op die jij nog niet kent

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Maak hoofdstuk 2 Familie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Oefenen met brieven schrijven
Pak jouw schrift en een pen op tafel.
Na elk stuk vertellen doen wij een opdracht.
Aan het einde van de les hebben jullie allemaal een Nederlands brief geschreven.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe schrijf ik een brief
Een brief bestaat uit 5 delen:

1. de aanhef
2. de reden voor het schrijven
3. de inhoud
4. de afsluiting
5. de groet

Slide 10 - Tekstslide

De aanhef
De aanhef is het begin van de brief. Voorbeelden van een aanhef zijn:
1. Hallo meneer de Boer
2. Lieve meneer de Boer  (als je iemand goed kent)
3. Beste meneer de Boer
4. Geachte meneer de Boer (als het een heel belangrijk persoon is)

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht:
Kies 1 aanhef en schrijf die op in jouw schrift
timer
1:00

Slide 12 - Tekstslide

De reden voor het schrijven
Na de aanhef schrijf je de reden voor het schrijven. 

Voorbeeld.
Hallo meneer de Boer.
Ik schrijf deze brief om u een fijne verjaardag te wensen.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht:
Schrijf een reden voor het schrijven van jouw brief op. 
timer
2:00

Slide 14 - Tekstslide

De inhoud van de brief
De inhoud van de brief is meestal het grootste stuk van de brief.
Er zijn geen regels voor de inhoud van de brief. 

Slide 15 - Tekstslide

De inhoud van de brief
Schrijf de inhoud van jouw brief. De inhoud is minstens 4 regels. Jij schrijft minstens 2 zinnen op. 
timer
4:00

Slide 16 - Tekstslide

De afsluiting van de brief:
In de afsluiting van de brief schrijf je:

1. Een vraag aan de persoon
2. Een voorstel voor een afspraak
3. Zeggen dat je graag een antwoord krijgt.

Slide 17 - Tekstslide

De afsluiting van de brief
Voorbeelden:
1. Het was leuk om aan jou te schrijven. Ik wens je een fijne vakantie. Wil je mij een foto sturen van de vakantie?
2. Het was leuk om jou te schrijven. Zal ik in oktober bij jou op bezoek gaan?
3. Graag ontvang ik een reactie op deze brief. (als je een brief naar; gemeente, school, sportclub stuurt)

Slide 18 - Tekstslide

Afsluiting van de brief
1. Kies een afsluiting voor jouw brief en schrijf deze op. 
timer
2:00

Slide 19 - Tekstslide

de groet
Als laatste schrijf jij een groet op. 
Voorbeelden:
1. Groetjes, meneer de Boer
2. Tot snel, meneer de Boer
3. Met vriendelijke groet, meneer de Boer (als je de persoon niet kent)
4. Liefs, meneer de Boer (als je de persoon goed kent)

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
Kies een groet voor jouw brief en schrijf het op. 
timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Slide 23 - Tekstslide

Schrijfopdracht:
1. Schrijf een brief aan iemand in jouw familie.
- Schrijf op aan wie je de brief schrijft
- waarom ga jij de brief schrijven aan die persoon
- Noem 5 punten die jij in de brief gaat benoemen
1. Hoe gaat het met jou?
2. Daarna hoe het met jou gaat (bv op school, thuis)
3. 

Slide 24 - Tekstslide

opbouw brief
1. inleiding, middenstuk, afsluiting
2. sluit af met een vervolgafspraak. 
3. bovenaan een aanhef, Beste, Lieve etc.
4. Afsluiting, met vriendelijke groet, liefs, groetjes. Met naam eronder. 

Slide 25 - Tekstslide