Lastige werkwoordsvormen: -d of -dt
Bij de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd (pvtt) van werkwoorden waarvan de stam eindigt met -d weet je niet of je het werkwoord met een -d of met -dt schrijft.
Het klinkt immers hetzelfde. De regel is als volgt:
Bij ik of jij achter het ww schrijf je alleen de stam
Bij jij voor het ww en hij, zij, u en het schrijf je stam + t:
Ik raad - hij raadt
vind jij - zij vindt
Tip: Vul het werkwoord 'werken' in op de plaats van het oorspronkelijke ww en je hoort of je een -t moet schrijven.