Herhaling Thema 7 2TL

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Herhaling Thema 7

Wat weet jij van de Nederlandse 'Opstand'? 

Wat is een regent?

1. Mede-eigenaar van een bedrijf
2. Een rijke burger die in het bestuur van een land zit
3. Een grote stalen kist met vaste afmetingen
4. Iemand die werkt voor een bedrijf

Geef een uitleg van natuurlijke bevolkingsgroei

In 1585 werden er havens geblokkeerd, welke waren dit?

1. Amsterdam
2. Gent
3. Rotterdam
4. Antwerpen

Door het blokkeren van de havens kwamen veel Vlaamse kooplieden naar de Republiek. Er was sprake van...

Willem van Oranje

Filips II

Republiek

Spanje

Protestant

Katholiek

Wat ging er mis bij de eerste poging

1. De zwembandjes vergeten
2. Zijn pistool laten hangen aan de kapstok
3. Hij schoot de verkeerde persoon neer

Geef van de volgende groepen aan of ze arbeidsmigranten of vluchteling zijn

Franse Hugenoten

1. Arbeidsmigrant
2. Vluchteling

Portugese joden in 1492

1. Arbeidsmigrant
2. Vluchteling

Vlaamse kooplieden

1. Arbeidsmigrant
2. Vluchteling

Turkse migranten in de jaren zestig

1. Arbeidsmigrant
2. Vluchteling

VOC & WIC

WIC

VOC

VOC

VOC

WIC

WIC

De VOC is opgericht in

1. 1606
2. 1602
3. 1621
4. 1622

De WIC is opgericht in

1. 1621
2. 1622
3. 1641
4. 1642

De VOC had het alleenrecht op de handel in specerijen. Hoe noemen we dit?

1. Een aandeel
2. Een genocide
3. Een monopolie
4. Een kolonie

Je kon aandelen kopen in de VOC. Leg in je eigen woorden uit wat een aandeel is

Blok 2 Mensenhandel

Driehoekshandel WIC

Textiel en wapens

Slaven

Suiker, katoen en tabak

Moderne slavernij

Wat hoort er bij de letter A

1. Wind
2. Lagedrukgebied
3. Hogedrukgebied
4. Warme lucht

Wat hoort er bij de letter B

1. Wind
2. Lagedrukgebied
3. Hogedrukgebied
4. Warme lucht

Wat hoort er bij de letter C

1. Wind
2. Lagedrukgebied
3. Hogedrukgebied
4. Warme lucht

Leg uit wat een passaat is

Waarom noemden Engelsen dit een tradewind?

Veranderende wereldhandel

Honderdvijftigjaar geleden ontstond er een grote textielindustrie in Nederland. Waar was dit?

1. Amsterdam
2. Enschede
3. Maastricht
4. Groningen

Leg in je eigen woorden uit wat relatieve afstand is

Geef twee voorbeelden van locatiefactoren

BNP staat voor:

1. Bruto nationaal product
2. Bruto Nederlands product
3. Bruto noemenswaardig product

Welke landen zijn de BRIC Landen

Brazilie - Rusland - Indië - China

België - Rusland - Indonesië - Columbia

Bangladesh - Roemenië - Ieland - Cambodja

Welk begrip is dit:
'Gebied waar een bedrijf zijn producten en diensten verkoopt'

1. Consument
2. Milieuheffing
3. Winstmarkt
4. Afzetmarkt

Nog vragen?