Bas 5 x-chromosomaal 1

Geslachtschromosomen

Elk "normaal" persoon heeft 46 chromosomen, 23 paar.

Van elk paar is er 1 van je moeder en de ander van je vader.

* Paar 1 t/m 22 noemen we de autosomen ("normale" chromosomen)

   Alle kruisingen in bas. 4 waren autosomale monohybride kruisingen.

* Paar 23 zijn de geslachtschromosomen. Dit paar bepaalt het geslacht van   

    het kind.

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare school

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Geslachtschromosomen

Elk "normaal" persoon heeft 46 chromosomen, 23 paar.

Van elk paar is er 1 van je moeder en de ander van je vader.

* Paar 1 t/m 22 noemen we de autosomen ("normale" chromosomen)

   Alle kruisingen in bas. 4 waren autosomale monohybride kruisingen.

* Paar 23 zijn de geslachtschromosomen. Dit paar bepaalt het geslacht van   

    het kind.

Slide 1 - Tekstslide

Geslachtschromosomen

Een vrouw heeft 2 X-chromosomen. Haar karyotype is dan [46,XX]

Een man heeft een X- en een Y-chromosoom dus [46,XY]

Als je een karyogram van een vrouw bekijkt zijn dus de chromosomen van elk paar aan elkaar gelijk. Bij de man zijn 22 paren gelijk en wijkt er 1 af.

Slide 2 - Tekstslide

Karyogram man

Slide 3 - Tekstslide

Is dit een karyogram (= beeld van alle 46 chromosomen) van een man of vrouw?

Slide 4 - Tekstslide

Geslachtschromosomen

Zoals je in de karygrammen kunt zien is een X-chromosoom langer dan een y-chromosoom. Een vrouw heeft dus ook meer DNA.

Een eicel bevat dus altijd een X-chromosoom. Van de zaadcellen bevat de helft een X- en de andere helft een Y-chromosoom.

De zaadcel bepaalt dus het ALTIJD het geslacht!! Daarmee kun je zeggen dat de kans op een bepaald geslacht 50% is.

Ondanks dat zaadcellen met een X-chromosoom "sterker" zijn, zijn er op de wereld meer mannen dan vrouwen.

Slide 5 - Tekstslide

Bij bijen

Bij bijen heb je mannetjes (darren) en vrouwtjes (koningin of werkster).

De koningin paart met meerdere mannetjes (bruidsvlucht) en slaat de zaadcellen op. Ze kan zelf bepalen of ze haar eicellen bevrucht of niet.

Onbevruchte eicel --> dar (zijn dus haploïd!!)

Bevruchte eicel --> vrouwtje (zijn dus diploïd!!)

Dit betekent dat er bij bijen geen Y-chromosoom voorkomt.

Dar = X  vrouwtje = XX

Werkster of koningin wordt bepaald door type voedsel = modificatie.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht

Lees blz. 126 en 127 van je boekje. Maak opdracht 25, 26 en 27.

De antwoorden staan op de volgende slides. Eerst maken dan pas nakijken!!

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 25.

1. Beide (lichaamscel 2, geslachtscel 1)

2. Bij een vrouw zijn alle paren gelijk aan elkaar, bij de man 22 paren.

3.  2 is de man. Onderste paar wijkt af van elkaar.

4. Zaadcel x- of Y-chromosoom, eicel alleen een X-chromosoom.

5. Bevruchting. Man / zaadcel bepaalt het geslacht.

6. Een X-chromosoom

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 26.

1. Koningin diploïd dus 64. Dar haploïd dus 32.

2. Eicel koningin 32. Zaadcel dar ook 32. (kan geen 16 zijn anders kun je niet   

     op 64 komen)

3. 1 namelijk een X-chromosoom.

4. Nee.

5. Modificatie. Het ligt aan het soort voedsel dat ze krijgen.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 27.

1. 1 - 2- 4 - 5 - 7 - 8

2. 3 - 6 - 9 - 10 - 11

3. Kind R en S.

4. Nee. p en Q zijn twee-eiïg. Kunnen hetzelfde geslacht hebben maar hoeft

     niet. Kind S is een jongen. R en S zijn ééneiïg. R was een jongen dus ......

5. Q is een meisje dus 4: X  5: X  6: XX

6. 7: Y  8: X  9: XY  10: XY  11: XY

Slide 11 - Tekstslide

Meerkeuzevragen oefenen 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

1 lastige vraag
Waarschijnlijk kon je vraag 17 niet beantwoorden. Dit heb je nog niet gehad dus geen paniek. Dit komt volgend jaar wel ; )

Slide 14 - Tekstslide