B4: Het zenuwstelsel

Welkom bij deze les!
Welkom bij biologie!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij deze les!
Welkom bij biologie!

Slide 1 - Tekstslide

Welk deel van het oog of het gezicht kunnen het netvlies beschermen tegen te fel licht?
A
Hoornvlies
B
Lens
C
Wenkbrauwen
D
Wimpers

Slide 2 - Quizvraag

Hieronder staan vijf delen van het oog van de mens. Door welke van de genoemde delen gaan de lichtstralen achtereenvolgens voordat ze impulsen in het oog kunnen veroorzaken?
netvlies
lens
hoornvlies
pupil
glasachtig lichaam

Slide 3 - Sleepvraag

B4: Het zenuwstelsel

Ik kan de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven
Ik kan de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven
Ik kan de reflexboog beschrijven

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
De bouw van het zenuwstelsel:

  • Centrale zenuwstelsel (CZ): hersenen en ruggenmerg
  • Zenuwen verbinden CZ met alle lichaamsdelen

Slide 6 - Tekstslide

Welk nummer is geen deel van het centrale zenuwstelsel?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

B4: Het zenuwstelsel
De werking van het zenuwstelsel
  • Impulsen worden naar de hersenen geleid
  • Impulsen worden verwerkt in de hersenen: je wordt je bewust van de prikkel
  • Hersenen kunnen impulsen afgeven aan spieren en klieren

Slide 9 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
Zenuwcellen:

Zenuwstelsel bevat miljoenen zenuwcellen

Zenuwcel: cellichaam en uitlopers

Slide 10 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
Zenuwcellen
  • Cellichaam: celkern, ligt in of vlakbij CZ
  • Uitlopers geleiden impulsen van of naar cellichaam
  • Uitlopers kunnen heel lang zijn!

Slide 11 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
Zenuwen
Uitlopers liggen samen in een zenuw met een dun laagje tussen de uitlopers

Uitlopers kunnen tegelijk impulsen geleiden


Slide 12 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
Zenuwen
  • Delen van hoofd en hals zijn direct verbonden met de hersenen
  • Romp en ledematen zijn door zenuwen in het ruggenmerg verbonden met de hersenen
  • Ruggenmerg is omgeven door wervels

Slide 13 - Tekstslide

Het ruggenmerg verbindt alle delen van je lichaam met het centrale zenuwstelsel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Over de hersenen zeggen twee leerlingen het volgende.
Wesley: 'De hersenen zijn gevoelig voor prikkels.'
Tim: 'In de hersenen word je je van de waarneming bewust.'
Wie heeft gelijk?
A
Wesley
B
Tim
C
Wesley en Tim
D
Geen van beide

Slide 15 - Quizvraag

Hierna staan twee functies genoemd:
1. het waarnemen van prikkels;
2. het verwerken van impulsen, afkomstig van zintuigen.
Welk(e) van deze functies wordt/worden vervuld door het zenuwstelsel?
A
Alleen 1
B
Alleen 2
C
1 en 2

Slide 16 - Quizvraag

Het centrale zenuwstelsel bestaat uit hersenen, ruggenmerg en zenuwen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

B4: Het zenuwstelsel
Reflex
  • Impulsen gaan niet via de hersenen
  • Vaste, snelle, onbewuste reactie op een prikkel

Slide 18 - Tekstslide

B4: Het zenuwstelsel
Reflex
  • Schakelcellen liggen in het CZ
  • Brengen impulsen over van de ene zenuwcel naar de andere

  • Weg die impulsen afleggen noemen we de reflexboog

Slide 19 - Tekstslide

Een reflex loopt via….
A
De kleine hersenen
B
De grote hersenen
C
De hersenstam
D
Het ruggenmerg

Slide 20 - Quizvraag

B4: Het zenuwstelsel

  • Ik kan de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven
  • Ik kan de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven
  • Ik kan de reflexboog beschrijven

Aan de slag!
Pak de papieren planning en maak de opdrachten van B4

Slide 21 - Tekstslide