2.1.3 Beeldvorming in het oog

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Welke vorm heeft onze ooglens?

Slide 5 - Open vraag

Hoe komt het dat we de wereld rechtop zien, terwijl beelden op ons netvlies omgekeerd worden geprojecteerd?
A
De oogspieren corrigeren het beeld.
B
De lens buigt het licht zodanig dat het beeld rechtop blijft.
C
Onze hersenen zetten het omgekeerde beeld weer rechtop.
D
Het netvlies draait het beeld automatisch om.

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Het buigen van lichtstralen naar het brandpunt noemen we ...

Slide 9 - Open vraag

Wat is het brandpunt van een lens?
A
Het punt waar lichtstralen uit elkaar gaan.
B
Het punt waar evenwijdige lichtstralen samenkomen.
C
Het punt waar het licht de lens binnengaat.
D
Het punt waar licht volledig stopt.

Slide 10 - Quizvraag

Hoe wordt een beeld gevormd door een bolle lens?
A
rechtop
B
vergroot
C
omgekeerd
D
onscherp

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Taak 
1. Ga naar de planner op Smartschool.
2. Maak de 'Videoquiz: accommodatie van het oog'.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de oorzaak van bijziendheid?
A
De ooglens is te plat.
B
De ooglens is te bol.
C
Het netvlies ligt te ver naar achteren.
D
Het oog ontvangt te veel licht.

Slide 18 - Quizvraag

Wat gebeurt er bij verziendheid met het beeld dat op het netvlies wordt gevormd?
A
Het beeld is scherp en rechtop.
B
Het beeld is scherp, maar omgekeerd.
C
Het beeld is onscherp omdat het voor het netvlies wordt gevormd.
D
Het beeld is onscherp omdat het achter het netvlies wordt gevormd.

Slide 19 - Quizvraag

Welke lens wordt gebruikt om bijziendheid te corrigeren?
A
holle lens
B
bolle lens
C
kubusvormige lens
D
driehoekige lens

Slide 20 - Quizvraag

Waarom ziet een persoon met verziendheid voorwerpen dichtbij onscherp?
A
Omdat het beeld voor het netvlies wordt gevormd.
B
Omdat de ooglens te bol is.
C
Omdat het beeld achter het netvlies wordt gevormd.
D
Omdat het licht niet wordt gebroken.

Slide 21 - Quizvraag