du oder Sie?

Doel: je weet het verschil tussen du en Sie.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Doel: je weet het verschil tussen du en Sie.

Slide 1 - Tekstslide

Vertaal het woord "jij"
A
du
B
Sie
C
er
D
es

Slide 2 - Quizvraag

Wat is het woord "u" in het Duits?
A
sie
B
Sie
C
es
D
du

Slide 3 - Quizvraag

Was ist das?

duzen

Siezen

Slide 4 - Tekstslide

In Nederland zeg je...

"jij" tegen:

"u" tegen:

Slide 5 - Tekstslide

In Duitsland zeg je...

"du" tegen:    ouders, familieleden

                            kinderen van je eigen leeftijd

                            vrienden, goede kennissen


"Sie" tegen:  mensen die je niet kent, ouder dan 16

                           personen die in een organisatie boven je staan

Slide 6 - Tekstslide

Wat zeg je tegen je leraar?
A
du
B
Sie

Slide 7 - Quizvraag

Wat zeg je tegen je vader?
A
du
B
Sie

Slide 8 - Quizvraag

Wat zeg je tegen de beste vriend van je broer (14 jaar)?
A
du
B
Sie

Slide 9 - Quizvraag

Wat zeg je tegen je oma?
A
du
B
Sie

Slide 10 - Quizvraag

Wat zeg je tegen een klant .
A
du
B
Sie

Slide 11 - Quizvraag

Waarom zou de ober "du" tegen de klant zeggen???

Slide 12 - Tekstslide