Hoe ga je om met bronnen?

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

  • Geschreven vs. ongeschreven bronnen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Geschreven bronnen
  • Kwalitatieve bron                      
  • Kwantiatieve bron

Slide 4 - Tekstslide

Bronanalyse
Hoe ga je om met bronnen?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Verschillende bronnen bekijken 
  • Voorbeelden van analyse van bronnen 
  • Oefenen

Slide 8 - Tekstslide

Analyse
  • Primair / secundaire bron? 
  • Geschreven / ongeschreven? 
  • Kwalitatieve / kwantitatieve bron? 
  • Soort bron 

Slide 9 - Tekstslide

Analyse
  1. Wie heeft de bron geschreven? Waarom is hij gemaakt, en voor welk doelpubliek? 
  2. Wanneer is de bron gemaakt? In de periode zelf of erna?
  3. Kan de bron ons iets vertellen over een bepaald onderwerp in het verleden? Is de bron nuttig voor een bepaalde vraag

Slide 10 - Tekstslide

Analyse
4. Op welke plaats is de bron opgemaakt? 
5. Is de bron betrouwbaar? Zijn er redenen om aan de betrouwbaarheid van de bron te twijfelen? (auteur = ooggetuigen, doel van de bron?)
6. Representativiteit: over welke groep vertelt de bron ons iets

Slide 11 - Tekstslide

Spotprent 
  • Wat is het onderwerp van de prent?
  • Waar is de prent tegen?
  • Waar is de prent vóór?
  • Welke beeldelementen herken ik?

Slide 12 - Tekstslide

Vinger op de knop verwijst naar het afvuren van de kernwapens
dit is John F. Kennedy. Leider van de VS. Te herkennen aan zijn haar.
Dit is Nikita Chroesjtsjov -> leider van de Sovjet-Unie. Te herkennen aan zijn grote neus en kaal hoofd.
De manier waarom de twee leiders tegenover elkaar zitten en de handen in elkaar hebben wijst op een strijd.
Aan beide kanten zijn kernwapens te zien. 
Aan beide kanten zijn kernwapens te zien. 
In deze spotprent wordt er geen duidelijke winner afgebeeld. Ook worden de twee hoofdpersonen niet per sé negatief afgebeeld. Je kunt dus concluderen dat de maker hierin niet echt een kant kiest.

Slide 13 - Tekstslide

Afbeeldingen
  • Wat zie je?
  • Wat herken je?
  • Wat zegt het onderschrift?
  • Waar willen ze iets over weten?

Slide 14 - Tekstslide

Geeft aan dat dit het Amerikaanse deel is. Lees de tekst. (In een examen zou dit deel vertaald zijn.)
Muur met prikkeldraad
Volkswagens werden niet in oost-Duitland gemaakt. Wel in het westen. Wat doen die luidsprekers daar?
Soldaten staan bewapend aan deze kant.

Slide 15 - Tekstslide

Teksten
  • Wie heeft de bron geschreven?
  • Uit welke tijd komt de bron?
  • Wat zegt het onderschrift?
  • Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 16 - Tekstslide

Je weet wie de bron geschreven heeft

Je weet uit welk jaar het komt. 
Wat wordt er gezegd in de tekst?
Waar komt de bron uit?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video