In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
1 vmbo- KGT
Thema Planten
Slide 1 - Tekstslide
1. Bij bladstekken trek je de wortels van de plant uit elkaar in enkele delen die je daarna in de grond zet.
A
waar
B
niet waar
Slide 2 - Quizvraag
2. In de fase kieming verschrompelen zaadlobben.
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quizvraag
3. In een droge omgeving is het wortelstelsel van een plant uitgebreider dan in een vochtige omgeving.
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
4. Wortels zetten een plant vast in de grond.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
5. Water zorgt voor de stevigheid van de stengels van een eik.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quizvraag
6. Een blad met bladmoes noem je een bladskelet.
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
7. Hiernaast zie je een microscoop. Nummer 2 geeft de revolver aan.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
8. De kleine schroef van de microscoop is voor nauwkeurige scherpstelling.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
9. Bladgroenkorrels komen in cellen van planten en dieren voor.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quizvraag
10. Op welke manieren zijn planten belangrijk voor mensen en andere organismen? Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
Ze dienen als voedsel
B
Ze leveren zuurstof
C
Ze staan gezellig
D
Ze zijn mooi
Slide 11 - Quizvraag
11. Planten hebben reservestoffen in hun wortels.
Wat is de functie van de reservestoffen in de wortels? Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
Opnemen van water uit de grond
B
Snel groeien van de bladeren in het voorjaar
C
voeding voor de planten in de buurt
D
voeding voor mensen en andere dieren
Slide 12 - Quizvraag
12. Waar kunnen bloemen aan de stengel van deze plant zitten?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 13 - Quizvraag
13. Welk nummer geeft de hoofdnerf weer?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 14 - Quizvraag
14. Wat is de functie van bladeren van planten?
A
Bladeren geven planten stevigheid
B
Bladeren nemen water en voedingsstoffen op
C
In de bladeren vindt fotosynthese plaats
Slide 15 - Quizvraag
15. Wat zouden de gevolgen voor de mens kunnen zijn als er geen planten meer zouden zijn?
A
Dan hebben de mensen geen koolstofdioxide meer
B
Dan hebben de mensen geen voedsel en koolstofdioxide meer
C
Dan hebben mensen geen voedsel en zuurstof meer
D
Dan hebben mensen minder voedsel
Slide 16 - Quizvraag
16. Wat is de functie van het celmembraan?
A
Het geeft stevigheid aan de cel
B
Het regelt alles wat er in de cel gebeurt
C
Het speelt een rol bij fotosynthese
D
Het speelt een rol bij de opname en afgifte van stoffen
Slide 17 - Quizvraag
17. Wat is de functie van de celkern?
A
Geeft stevigheid aan de cel
B
Houdt water en opgeloste stoffen vast
C
Regelt de opname en afgifte van stoffen
D
Regelt alles wat er in de cel gebeurt
Slide 18 - Quizvraag
18. Welk onderdeel vind je niet in een cel van een hond, maar wel in een cel van een blad van een rozenplant
A
Bladgroenkorrels
B
Celkern
C
Celmembraan
D
Cytoplasma
Slide 19 - Quizvraag
19. Schrijf de goede namen bij de nummers
Slide 20 - Open vraag
20. Neem de cijfers 1 t/m 5 over en schrijf de goede benaming erbij.
Slide 21 - Open vraag
21. Schrijf de goede namen bij de nummers op je antwoordenblad
Slide 22 - Open vraag
22. Beschrijf de standplaats waar je deze aardbeienplant het beste kan neerzetten en hoe je de plant moet verzorgen
Slide 23 - Open vraag
Mandy heeft in haar tuin gewerkt en ze heeft er een wortel van een paardenbloem uitgehaald. Ze is nieuwsgierig naar de wortelharen aan de wortel. Mandy heeft een microscoop met een oculair dat 4x vergroot. Het objectief dat ze voor draait, vergroot 40x. Zo kan zij de wortelharen mooi in beeld krijgen. 25 Bereken de totale vergroting van de microscoop van Mandy. Geef ook je
Slide 24 - Open vraag
26. Wat zal er gebeuren als het celmembraan van een dierlijke cel beschadigd raakt?