Cursus 3 - Fictie - paragraaf 3 - smaak

Nederlands week 5
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 67
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nederlands week 5
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 67
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


Slide 1 - Tekstslide

Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Programma deze les
  • Huiswerk nakijken van de vorige les
  • Doel van deze les
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Huiswerk vorige les: 
Cursus 3 - paragraaf 1 - personages - blz. 67-71

Slide 4 - Tekstslide

Doel
Ik leer uitleggen wat mijn smaak is.

Slide 5 - Tekstslide

Voorkennis
Hoe noem je alle personen die een rol spelen in een verhaal bij elkaar?


Antwoord
Personages

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis
Hoe noem je de belangrijkste persoon uit een verhaal?


Antwoord
Hoofdpersoon

Slide 7 - Tekstslide

Voorkennis
Hoe kun je 'bijfiguren' omschrijven?
Antwoord
Personen in een verhaal die niet het belangrijkste zijn in een verhaal, maar wel een rol spelen. 

Slide 8 - Tekstslide

Voorkennis
Doordat je van de hoofdpersoon weet hoe hij/zij zich voelt en wat zij/denkt kun je het gedrag vaak beter begrijpen. Hoe noem je dit?
Antwoord
Inleven

Slide 9 - Tekstslide

Instructie 
Als iemand jou vraagt van wat voor soort films en series jij houdt, kun je dat waarschijnlijk in een paar woorden uitleggen. Zo is het ook met boeken. 

Je noemt dit smaak

Slide 10 - Tekstslide

Instructie 
Om uit te leggen wat jouw smaak is, kun je iets zeggen over:
  • het onderwerp − datgene waarover het verhaal gaat, bijvoorbeeld: voetbal, pesten of vriendschap.
  • het genre (spreek uit: zjan-re), het soort verhaal


Slide 11 - Tekstslide

Instructie 
In de bibliotheek staat op de boeken een pictogram dat het genre aanduidt, bijvoorbeeld:

Slide 12 - Tekstslide

Instructie 
Sommige mensen noemen psychologische verhalen ook wel probleemboeken. Daarin worstelt de hoofdpersoon met een probleem. Hij is bijvoorbeeld ernstig ziek of zijn ouders gaan scheiden.

Slide 13 - Tekstslide

Instructie 
Of je een boek wel of niet leuk vindt, hangt vaak ook af van hoe het boek eruitziet en hoe het is geschreven. Daarnaast kun je zeggen of je meer van fictie of non-fictie houdt en of je realistische en fantasieverhalen wel of niet leuk vindt.

Slide 14 - Tekstslide

Instructie
We kijken het instructiefilmpje

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Instructie 

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
Ga aan de slag met opdracht 2 t/m 4 op bladzijde 72-77.

Ben je klaar? Kies uit:
- ga lezen in je leesboek

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk

Maandag 3 februari:

- maak opdracht 2 t/m 4 op bladzijde 72-77

Slide 19 - Tekstslide