Klachten

Klachten
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Klachten

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een klacht?
A
Gezeur van mensen die niets beter te doen hebben
B
Een signaal dat er iets niet goed is gegaan

Slide 2 - Quizvraag

Voor het omgaan met klachten zijn vaak vaste procedures. Wat is een procedure?
A
Een regel over hoe je het goed doet
B
Stappen die je moet doorlopen in een vaste volgorde
C
Een formulier waarin je informatie over de klacht schrijft
D
Een vaste collega die altijd de klachten afhandelt

Slide 3 - Quizvraag

Kan jij altijd een oplossing bieden voor een klacht?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Als een cliënt een klacht heeft is het netjes om soms je excuses aan te bieden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Een formulier waarop je een klacht noteert, noemen we een ...
A
Klachtendossier
B
Klachtennotitie
C
Klachtenformulier

Slide 6 - Quizvraag

Als we eenwe met andere klachten doen? klacht makkelijk en snel op kunnen lossen, kunnen we dat zelf doen. Wat moeten we met andere klachten doen?
A
De cliënt terug laten komen als je collega er is
B
Het registeren en zo doorgeven aan een collega
C
De cliënt laten wachten tot er iemand komt die het wel kan oplossen
D
Proberen om toch samen met de cliënt een oplossing te vinden

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer denk je dat een klacht in behandeling moet worden genomen?
A
Alleen als je het gevoel hebt dat de klacht klopt
B
Altijd als er geklaagd wordt
C
Bijna nooit, het is toch vaak onzin
D
Als je twijfelt of de klacht reëel is

Slide 8 - Quizvraag

Iemand heeft een klacht, wat doe je als eerste?
A
Empathie tonen
B
Adviseren
C
Doorvragen
D
Oplossingen aandragen

Slide 9 - Quizvraag

Moet je ook klantvriendelijk zijn en positief blijven als een klacht niet terecht is?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag