Cursus 7 Speliing § 5 Verkleinwoorden

Deze les:
  • even herhalen regels meervoud

  • § 5 verkleinwoorden instructie
  • § 5 maken in je boek

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Deze les:
  • even herhalen regels meervoud

  • § 5 verkleinwoorden instructie
  • § 5 maken in je boek

Slide 1 - Tekstslide

Instructie:

Slide 2 - Tekstslide

§ 5 Verkleinwoorden
  • Je leert verkleinwoorden spellen.

          

Instructiefilmpje NN

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Regels
 
Let op!!!
In afleidingen waarin het grondwoord een combinatie van cijfers en letters is, komt er een apostrof.


Slide 5 - Tekstslide


Een verkleinwoord is altijd een ..... ?
A
bijvoeglijk naamwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
lidwoord

Slide 6 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
hond
A
hondje
B
hondtje
C
hond'je
D
hondetje

Slide 7 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
luik
A
luikje
B
luiktje
C
luik'je
D
luikpje

Slide 8 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
tv
A
tvtje
B
tv'tje
C
tvpje
D
tv'pje

Slide 9 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
ski
A
skitje
B
ski'tje
C
skietje
D
skipje

Slide 10 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
pad
A
padje
B
padtje
C
pad'je
D
paadje

Slide 11 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
oefening
A
oefeningje
B
oefeningtje
C
oefeningetje
D
oefeninkje

Slide 12 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
A4
A
A4je
B
A4tje
C
A4'tje
D
A4pje

Slide 13 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
café
A
cafétje
B
café'tje
C
cafetje
D
cafeetje

Slide 14 - Quizvraag

Verkleinwoord van:
pudding
A
puddingtje
B
puddingje
C
puddingetje
D
puddinkje

Slide 15 - Quizvraag

Werken
                   Spelling § 5 
Basis: blz 222                Kader: blz 230-231
opdracht 1                   opdracht 1
opdracht 2                  opdracht 2
opdracht 3                  opdracht 3
                                       opdracht 4


Klaar? AMN afmaken
             Werk afmaken
              Toets leren
              Lezen
              Extra werkboekje
              Tekenen/kleuren

Slide 16 - Tekstslide

Deze les:

  • huiswerk nakijken 
  • herhalen regels verkleinwoorden
  • § 5 verkleinwoorden oefenen met Lesson Up
  • huiswerk maken/ muurkrant afmaken

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Verkleinwoord met PJE
Verkleinwoord met TJE
Verkleinwoord met JE
boom
telefoon
broer
riem
film
raam
tafel
haar
hand
fiets
verkleinwoord

Slide 19 - Sleepvraag

zelfstandig naamwoord
(enkelvoud)
zelfstandig naamwoord
(meervoud)
zelfstandig naamwoord
(verkleinwoord)
hond
honden
hondje
werk
werkje
tafels
foutje
toetsen
liefde

Slide 20 - Sleepvraag

Sleep de uitgangen naar het juiste woord om er een verkleinwoord van te maken. 
scherm
snoep
scooter
pizza
rekening
-atje
-tje
-etje
-pje
-je

Slide 21 - Sleepvraag

Huiswerk
Cursus 7 
Spelling § 5 
blz. 230-231
opdracht 5-6-7-8



Klaar? muurkrant of lezen

Slide 22 - Tekstslide

Deze les
  1. huiswerk nakijken
  2. C 7 Spelling § 4 meervoud oefentoets maken (huiswerk)
  3. C 7 Spelling § 5 meervoud oefentoets maken (huiswerk)
  4. muurkrant afmaken of ander schoolwerk

Slide 23 - Tekstslide

Huiswerk
Cursus 7 
Spelling § 5 
blz. 230-231
opdracht 5-6-7-8





Slide 24 - Tekstslide