2CD3: 24 september 2024

24 september 2024
Wat: Herhaling par. 2.3 en huiswerk bekijken/maken
Wanneer: 11:40-12:10 + 14:20-15:10
Hoe: Gezamelijk/ zelfstandig 
Klaar: Par. 2.3 alle opdrachten maken
HW: Par. 2.3 alle opdrachten afmaken
Lesdoel: Ik kan verschillende onderwerpen van een tekst benoemen
Taaldoel: 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

24 september 2024
Wat: Herhaling par. 2.3 en huiswerk bekijken/maken
Wanneer: 11:40-12:10 + 14:20-15:10
Hoe: Gezamelijk/ zelfstandig 
Klaar: Par. 2.3 alle opdrachten maken
HW: Par. 2.3 alle opdrachten afmaken
Lesdoel: Ik kan verschillende onderwerpen van een tekst benoemen
Taaldoel: 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
Inleiding
Verwijswoorden
Kern
Tekstverband
Slot
Tekstdoelen
Tekst
Par. 2.3

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Lezen: tekst
- Tekstdoelen: Een schrijver schrijft zijn tekst met een bepaalde doel
- Inleiding/Kern/Slot: Opbouw/indeling van een tekst (twee- of driedelig)
- Signaalwoorden: het verband aan tussen woorden, zinnen of alinea’s 
(opsomming, tegenstelling, tijdsvolgorde of voorbeeld zijn)
- Verwijswoorden: woorden die verwijzen naar één of meer woorden in de tekst, en soms zelfs naar een hele zin.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WHHTUK
Wat: Oefenen met alle onderwerpen van par. 2.3
Hoe: In tweetal werken
Hulp: Aantekeningen en/of leertekst par. 2.3
Tijd: 15-20 minuten
Uitkomst: Klassikaal oefening bespreken
Eerder klaar: Opdrachten par. 2.3 afmaken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar hebben we het vandaag over gehad?

Slide 5 - Woordweb

lezen via: kranten, tijdschriften of internet

Vraag jezelf af: Wat is waar?/ Is het waar?

Kijk waar de tekst vandaan komt: de bron!

Let op het doe van de tekst: overtuigen/ informeren? (meningen/feiten)
Vooruitblik
Volgende les:

- 2.7: Werkwoorden

- 2.8:  Persoonsvorm  verleden tijd

- HW: Opdrachten par. 2.3 afmaken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je de opbouw van een tekst?
A
Tussenkopjes
B
Inleiding dikgedrukt
C
Afbeeldingen
D
Alinea's

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van de inleiding?
(welk doel heeft een inleiding)
A
Onderwerp duidelijk maken (en aandacht trekken bij de lezer)
B
Samenvatting geven van de tekst.
C
Deelonderwerpen bespreken.
D
Een conclusie geven

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In het middenstuk schrijf je:
A
waar de tekst over gaat
B
meer over het onderwerp
C
een duidelijk einde aan de tekst
D
de titel

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In het slot
A
wordt het belangrijkste uit een tekst herhaald
B
staat de meeste informatie
C
maak je kennis met het onderwerp van een tekst

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een inleiding kan verschillende functies hebben. Wat is geen functie van een inleiding?
A
onderwerp aangeven
B
voorbeeld geven
C
vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het middenstuk van een tekst is...
A
altijd aan het einde van een tekst
B
het kleinste gedeelte van een tekst
C
het grootste gedeelte van een tekst
D
bestaat altijd uit één klein stukje

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het slot heeft altijd een functie.

Wat kan GEEN functie van een slot zijn?
A
een vraag stellen
B
een samenvatting geven
C
een conclusie trekken
D
een oplossing van een probleem geven

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies