Explanation auxiliaries

Auxiliary verbs
Reference book pp 77 - 78
Grammar: auxiliary verbs (can/could/be able to, etc.)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Auxiliary verbs
Reference book pp 77 - 78
Grammar: auxiliary verbs (can/could/be able to, etc.)

Slide 1 - Tekstslide

Unit 5 auxiliaries: 

  • Can / Could
  • Be able to
  • Be allowed
  • May / Might
  • Must
  • Have to (don’t have to …)
  • Should

Hulpwerkwoorden helpen met het verduidelijken van een (hoofd) werkwoord.


Regels:
  • Ontkennend door ‘not’ er achter te zetten (behalve ‘have to’)
  • Vragend door hulpwerkwoord an begin van zin te zetten (behalve have to)

Slide 2 - Tekstslide

Modals
There are many modals and they can be used to indicate different things. 
  1. ability & possibility > can, could, be able to
  2. permission & possibility >  be allowed to, may, might
  3.  obligation & necessity > must, have (got) to, should

Read through this part of the hand-out and do the exercises on the following slides. 

Slide 3 - Tekstslide

Can / could / be able to
Can + ww
Could + ww
Be able to + ww
- you can use my phone.
- I can ski very well.
- She can't work until late.
- Could I open a window, please?
- I could already read when I was 4 years old.
- I am able to do a backflip after practising hard.
- She was able to study for hours without a break.
- kunnen / mogen / mogelijk zijn
- in present simple 
(tegenwoordige tijd)
- kunnen / mogen / mogelijk zijn in de verleden tijd.
- zou kunnen / zou mogen (nette vorm)
- kunnen / in staat zijn
- formeler
- vaak als iets meer moeite kost / moeilijker is

Slide 4 - Tekstslide

Modal verbs: may - might - be allowed to
Gebruik: zeggen dat iets mag (hulpwerkwoorden 'mogen')

May
Mogen
Zou kunnen

+ hele ww
Tegenwoordige tijd

You may go now. 


Debby is late; she may be ill.
Toegestaan* (bij informeel gebruiken we eerder can)

Zou kunnen
Might
Zou misschien mogen
Zou misschien kunnen
+ hele ww
tegenwoordige tijd
Might I ask a the Queen a question?

There might be fully automatic cars soon. 
Toegestaan (meest formeel)

Mogelijk
[to be] allowed to
mogen
+ hele ww
Alle tijden
Vervangt altijd may & can in andere tijden dan de TT
Thomas was allowed to leave early.

Everyone will be allowed to use a dictionary. 
Toegestaan (volgens de regels)

Slide 5 - Tekstslide

May, might, be allowed to
1. may / might + hele werkwoord om toestemming te vragen of zeggen dat iets (of niet) is toegestaan. 'may' is mogen en 'might' is zou mogen.
2. may/might om mogelijkheid aan te geven. 'May' is meer zeker dan 'might".
3. be allowed to + hele werkwoord om te zeggen dat iets (of niet) is toegestaan volgens de regels.

Slide 6 - Tekstslide

Must / have to / should (= moeten)
Must
have to / has to
should
I must be on time.
I must stop for a red traffic light.
I mustn't forget the time.
- My mum said I have to do the dishes.
- he/she/it has to do the homework.
- You should try that new chocolate flavour!
- You should visit your grandma. It's nice of you.
- You shouldn't wait with studying until the last minute
- het moet (niet) van jezelf
- het is een regel
- het moet van iemand anders
- het is een tip/advies
- het is netjes gedrag
- don't have to
= het hoeft niet

Slide 7 - Tekstslide

You ______ be exhausted after your long trip. Come in and have a drink.
A
might
B
must
C
should
D
could

Slide 8 - Quizvraag

I won't go out this afternoon because the weather forecast is not very good, and I ________ get wet
A
must
B
might
C
may
D
could

Slide 9 - Quizvraag

I _____ left my wallet in the car. I can't find it anywhere.
A
could have
B
should
C
must have
D
might have

Slide 10 - Quizvraag

You ______ step into the headmaster's office without permission.
A
mustn't
B
don't have to
C
needn't
D
mightn't

Slide 11 - Quizvraag