In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
Slide 1 - Tekstslide
lesdoelen
even-alles-opfrissen-quiz
starten met oefentoets
checken lesdoelen
Wat gaan we doen?
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van deze les heb je extra geoefend met de stof ter voorbereiding op de aankomende toets.
Aan het einde van deze les heb je je laatste vragen kunnen stellen voor maandag.
Slide 3 - Tekstslide
Waar of niet waar?
Een novelle is een omvangrijke tekst waarin verschillende personages voorkomen die uitvoerig worden beschreven. Vaak komen er meerdere verhaallijnen aan bod.
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Een tragedie is een serieus toneelstuk, vaak met een noodlottige afloop.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Medespelers en figuranten zijn altijd flat characters.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Bij een terugblik denkt een personage terug aan iets wat eerder is gebeurd of hij/zij zegt daar iets over.
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Onderstaand fragment komt uit het boek De aanslag van Harry Mulisch. Van welk vertelperspectief is sprake?
Anton woonde in het tweede huis van links: dat met het rieten dak. Het heette al zo toen zijn ouders het kort voor de oorlog huurden; zijn vader had het eerder ‘Eleutheria’ genoemd of iets dergelijks, maar dan geschreven in Griekse letters. Ook al voordat de catastrofe plaatsvond, had Anton de naam ‘Buitenrust’ niet opgevat als de rust van het buitenzijn, maar...
A
ik-perspectief
B
personaal perspectief
C
alwetende verteller
D
meervoudig vertelperspectief
Slide 8 - Quizvraag
Welk rijmschema herken je? (Drs. P - Op rijm)
Dit is een nummer over rijm Dus over rijmen gaat dit lied Want rijmen leer je snel En het is een boeiend spel En toepasselijk op elk gebied
A
gepaard
B
omarmend
C
gekruist
D
Er is geen sprake van rijm.
Slide 9 - Quizvraag
Welk stijlfiguur herken je?
Kies je welkomstcadeau: een gratis Bol.com-bon!
A
tautologie
B
pleonasme
C
vooropplaatsing
D
tegenstelling
Slide 10 - Quizvraag
Nog een klein stukje analyseren
Een strofe uit 'Beatrix 2000', Gerrit Komrij
Ze zorgt ervoor dat Nederland bestaat. Wat betekent deze regel?
Ze maakt het buitenland tot buitenland,
De presidenten temmend - en kordaat
Blust ze soms een geheime binnenbrand. Welke beeldspraak herken je?
Slide 11 - Tekstslide
Oefentoets
Doe alsof het de dag van de toets is, maandag 24 januari. Je hebt 60 minuten de tijd. Je kunt niets opzoeken of vragen.