Week 12 - les 1

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Bonjour!

Le programme:

* Répéter bloc G et H

* Corriger les devoirs

* Chapitre 8: ex. 1 et 2

* La fin: kahoot!

Aan het einde van de les:

* kan je de zinnen van bloc G veranderen en nieuwe zinnen ervan maken.

* kan je het bijvoeglijk naamwoord veranderen in het Frans.

* heb je jouw woordenschat opgefrist met woordjes van hoofdstuk 1 t/m 5. 

Le programme:

* Répéter bloc G et H

* Corriger les devoirs

* Chapitre 8: ex. 1 et 2

* La fin: kahoot!

Aan het einde van de les:

* kan je de zinnen van bloc G veranderen en nieuwe zinnen ervan maken.

* kan je het bijvoeglijk naamwoord veranderen in het Frans.

* heb je jouw woordenschat opgefrist met woordjes van hoofdstuk 1 t/m 5. 

Répéter bloc G

Traduisez avec ton livre (p. 42):

1. Hoe ziet jouw zus eruit?

2. Hoe zien jouw ouders eruit?

3. Zij heeft bruine ogen.

4. Hij draagt geen bril.

5. Is zij groot?

6. Ja, en zij zijn grappig.

7. Houdt zij van sport?

Corrigez!

1. Ta soeur est comment?

2. Tes parents sont comment?

3. Elle a les yeux marron. (let op: zonder s achter marron)

4. Il ne porte pas de lunettes.

5. Elle est grande?

6. Oui, et ils (of elles) sont drôles.

7. Elle aime le sport?

C'était comment?
Hoe ging het?

😒🙁😐🙂😃

Herhaling: bloc H

Hoe ging het ook alweer met het bijvoeglijk naamwoord?

Uitzonderingen: beau/belle, nouveau/nouvelle, vieux/vieille

	man	vrouw
ev	-	-e
mv	-s	-es

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Ma soeur est _____ (petit)

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Les profs sont _____ (méchant)

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Mon grand-père est _____ (vieux)

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Les filles sont _____ (beau)

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Victor en Marc sont _____ (nouveau)

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
la _____ (mauvais) note

C'était comment?
Hoe ging dit?

😒🙁😐🙂😃

Le programme:

* Répéter bloc G et H

* Corriger les devoirs

* Chapitre 8: ex. 1 et 2

* La fin: kahoot!

Aan het einde van de les:

* kan je de zinnen van bloc G veranderen en nieuwe zinnen ervan maken.

* kan je het bijvoeglijk naamwoord veranderen in het Frans.

* heb je jouw woordenschat opgefrist met woordjes van hoofdstuk 1 t/m 5. 

Ex. 30d (p. 37)

1. grand

2. charmant

3. géniale

4. fortes

5. intelligents

Ex. 30e

1. bruns

2. vert

3. bleu

4. jaune

5. noir

6. rouge

7. vert

8. gris

Ex. 31b

1. blonde

2. petite

3. jeune

4. intelligente

5. russes

Ex. 31c

1. grandes

2. mauvaises

3. difficile

4. gris

5. drôles

Ex. 32b

1. belle

2. nouveaux

3. vieille

4. beaux

5. nouvelle

Ex. 32c

2. Les chats sont noirs.

3. Tes jeans sont beaux.

4. Nos voisines sont charmantes.

5. Nous sommes belles.

6. Vous êtes drôles.

Le programme:

* Répéter bloc G et H

* Corriger les devoirs

* Chapitre 8: ex. 1 et 2

* La fin: kahoot!

Aan het einde van de les:

* kan je de zinnen van bloc G veranderen en nieuwe zinnen ervan maken.

* kan je het bijvoeglijk naamwoord veranderen in het Frans.

* heb je jouw woordenschat opgefrist met woordjes van hoofdstuk 1 t/m 5. 

Chapitre 8 (p. 125)

Chapitre 8 = herhalingshoofdstuk

Ex. 1a: zet het juiste woord bij het juiste voorwerp, er blijven 2 woorden over.

Ex. 1b: lees het verhaal en gok de betekenis van de onderstreepte woorden.

Ex. 1c: geef het Franse tegenovergestelde woord.

Ex. 2a: zet de juiste Franse maand op de lijntjes.

Ex. 2b: welk woord hoort in de puzzel? 

Ex. 2c: maak het gesprek af. Bedenk zelf Franse woorden.

Bespreken filmpje?

Le programme:

* Répéter bloc G et H

* Corriger les devoirs

* Chapitre 8: ex. 1 et 2

* La fin: kahoot!

Les devoirs:

Faire: ex. 1 et 2 (p. 125/126). 

Apprendre: bloc D et H.

Aan het einde van de les:

* kan je de zinnen van bloc G veranderen en nieuwe zinnen ervan maken.

* kan je het bijvoeglijk naamwoord veranderen in het Frans.

* heb je jouw woordenschat opgefrist met woordjes van hoofdstuk 1 t/m 5.