voorbereidingsvragen katern 1 t/m 4

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

voorbereidingsvragen katern 1 t/m 4

maximale winst als:

1. MO=0
2. MO=MK
3. GO=GTK
4. MK=GTK

De prijs bij
maximale winst
is € ....

1. 50
2. 25
3. 30

Welke marktvorm?

1. Volkomen concurrentie
2. Monopolistische concurrentie
3. Oligopolie
4. Monopolie

maximale omzet als:

1. MO=0
2. MO=MK
3. GO=GTK
4. MK=GTK

Deze aanbieder heeft maximale omzet bij

1. 6 producten
2. 15 producten
3. 18 producten
4. 30 producten

Wat zijn de kenmerken van de marktvorm monopolie?

1. 1 aanbieder, homogeen product
2. Weinig aanbieders, heterogeen product
3. Veel aanbieders, heterogeen product
4. Veel aanbieders, homogeen product

welke marktvorm?

1. Volledige mededinging
2. monopolistische concurrentie
3. oligopolie
4. monopolie

De prijs bij maximale omzet

1. 4 euro
2. 0 euro
3. 3,5 euro
4. 1 euro

Formule voor berekening van de prijselasticiteit is:

1. % verandering van de prijs/ % verandering van de hoeveelheid
2. % verandering van de hoeveelheid/ % verandering van de prijs

Een product met een prijselasticiteit van -5 is...

1. inelastisch
2. elastisch
3. volkomen inelastisch
4. volkomen inelastisch

Iedereen in Nederland heeft een aanvullend pensioen

1. Juist
2. Onjuist

Wat is de beroepsbevolking?

1. Groep personen tussen 15 en 75
2. Groep personen tussen 15 en 65
3. Alle werkende en niet werkende mensen
4. geen van bovenstaande antwoorden

Een pensioen is een goed voorbeeld van ruilen over tijd

1. Juist
2. Onjuist

Wat is het belangrijkste verschil tussen AOW en (bedrijfs)pensioen?

1. AOW wordt door huidige werkenden betaald, pensioen heb je zelf opgebouwd
2. AOW is alleen voor mensen met een laag inkomen
3. Mensen die geen AOW krijgen sparen zelf voor pensioen
4. Pensioen is niet afhankelijk van het inkomen

Van welk soort werkloosheid is sprake?
"Jaap komt net van school"

1. frictie werkloosheid
2. Structurele werkloosheid
3. Seizoenswerkloosheid
4. Conjuncturele werkloosheid

Van welk soort werkloosheid is sprake?
"De ijswinkel in de winter"

1. frictie werkloosheid
2. structurele werkloosheid
3. seizoenwerkloosheid
4. conjuncturele werkloosheid

ASML in Eindhoven verhuist zijn fabriek naar Tsjechië, welke soort soort werkloosheid kan dan ontstaan?

1. conjuncturele werkloosheid
2. structurele werkloosheid
3. frictie werkloosheid
4. seizoen werkloosheid

Wat is het verschil tussen financieringssaldo en het begrotingssaldo