TRK LE 4.2 les 4

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Trainingskunde 

Inhoud van de les

Herhaling:

• Gewrichten
• Botstukken
• assen en vlakken

Nieuwe stof: 

• bovenbeenspieren 
• Onderbeenspieren

Welke gewrichten zijn kogelgewrichten? (noem ze in latijn als je dit weet).

Schrijf op welke Latijnse benamingen je weet voor de gewrichten.

Botten

Noteer voor jezelf Latijnse benamingen in van de volgende botten:

1:

4:

6:

12:

13:

antwoorden

1:  Cranium -  (schedel)

4: Sternum -  (borstbeen)

6:  Humerus - (opperarm)

12: Patella - (knieschijf)

13: Tibia - (scheenbeen)

Welk botstuk van de onderarm zit aan de duimzijde?

Hoe heet de as die verticaal door ons lichaam loopt.

1. Longitudinale as
2. Sagitale as
3. Transversale as

Hoe heet de as die als een pijl door ons lichaam gaat (voor-achter)?

1. Longitudinale as
2. Sagitale as
3. Transversale as

Hoe heet de as die horizontaal door ons lichaam gaat (van links -rechts).

1. Sagitale as
2. Longitudinale as
3. Transversale as

Als ik mijn femur naar buiten afvoer vind dit plaats in de .... as in Art. Coxae

1. Lognitudinale
2. Sagitale
3. Transversale

Welke beweging wordt er gemaakt in de elleboog?

1. Extensie
2. Retro flexie
3. Flexie
4. Adductie

Welke beweging
Om de transversale as in het art. Coxae:

1. Extensie
2. Adductie
3. Anteflexie
4. abductie

Om welke as vindt adductie en abductie plaats?

1. Frontale as
2. Longitudinale as
3. Sagitale as
4. Transversaal vlak

Welke beweging
Om de longitudinale as in het art. Humeri:

1. Flexie
2. Pronatie
3. Exorotatie
4. Abductie

Welke beweging
Om de sagittale as in het art. Humeri:

1. Flexie
2. Extensie
3. Exorotatie
4. Abductie

Welke bewegingen kunnen we maken om de transversale as in het kniegewricht?

1. Flexie-extensie
2. Endorotatie-exorotaite
3. Abductie-adductie
4. Geen bewegingen

Als ik Art. Genus buig.
Om welke as vind dit plaats?

Het draaien in de wevelkolom (Vertebrae) vind plaats in de .......as.

Spierbevestiging en spierbewegingen 

De Latijnse benaming voor spier is:

1. Os
2. Musculus
3. Tendo
4. Ligamentum

Bovenbeenspier - Quadriceps femoris bestaan uit .... spieren

1. 1
2. 4
3. 3
4. 2

MM. Quadriceps Femoris

 4 koppige bovenbeenspier

F = M. rectus femoris

I = M.vastus intermedius

L = M.vastus lateralis

M= M.vastus medialis

Diepliggende bovenbeen spieren

• Tensor Fascia Lata (spierplaat)
• Sartorius  (kleermakersspier)

Hoe heet deze spier?

1. Biceps brachii
2. Sartorius
3. Hamstrings
4. Quadriceps femoris

Wat zijn de functies van de m. quadriceps femoris in de knie en de heup?

1. Flexie en retroflexie
2. Extensie en flexie
3. Extensie en retroflexie
4. Extensie en anteflexie

Welke spier is dit?

1. kleermakerspier
2. hamstrings

musculus gluteus maximus. Welke spier is dit?

1. grote bilspier
2. bovenbeen spier
3. bovenarm spier
4. dwarse buikpier

MM. Hamstrings

• M. Biceps femoris
  
• M. Semimembranosus
  
• M. Semitendinosus
  

1. 3 = m quadriceps femoris 4 = m tibialis anterior
2. 3 = m tibialis anterior 4 = m quadriceps femoris

hamstrings

1. concentrische contractie
2. excentrische contractie
3. statische contractie

De m. hamstring is het meest actief bij bewegingen in het ...

1. Heupgewricht
2. Kniegewricht
3. Enkelgewricht
4. Romp

De quadriceps en de hamstrings zijn elkaars antagonisten

1. juist
2. onjuist

De hamstring kan qua bewegingen een flexie van de knie uitvoeren. Rondom welke as beweegt deze dan?

1. Sagitale as
2. Transversale as
3. Frontale as
4. Longitudinale as

Welke spieren spannen zich aan als je vanuit een squat omhoog komt?

Vragen?

Huiswerk

• Doorgaan met leren lesstof les  1 t/m 4   
• Maken vragenstencil