Trainingskunde LE 4.2 Les 7 10-1-22

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Trainingskunde 4.2

Doel van de les

Zorgen dat alle kennis aanwezig is van LE 4.2

Inhoud

• Herhaling lesstof
• Herhaling Assen/ Vlakken
• Herhaling spieren
• Herhaling botten
• Toetsstof  - 4.2 anatomie 

M. Biceps Brachii

M. Triceps Brachii

Origo: Beweegt niet

Insertie: Beweegt

Biceps

Origio:

• Caput brevis: pr. coracoideus
• Caput Longum: tuberculum supra glenoidale

Insertie:

• tuberculum radii

Functie:

• Flexie (agonist)
  
• Supinatie (ondersteunend; synergist)
  
• Anteflexie (ondersteunend; synergist)
  

Triceps

Origo:

• Caput longum: Tuberculum infraglenoidale
• Caput mediale: Mediaal achterzijde humerus
  
• Caput laterale: Lateraal achterzijde humerus

Insertie:

• Gezamelijke eindpees: Olecranon

Functie:

• Extensie (agonist)
• Caput longum:
• Adductie (ondersteunend; synergist)
• Retroflexie vanuit een anteflexie stand (synergist)
  

De origo van de spier bevindt zich het verst van het centrum van het lichaam af

1. Juist
2. Onjuist

We kennen 3 soorten spiercontracties, welke?

We kennen  3 soorten spiercontracties:

* Concentrische contractie

* Excentrische contractie

* Statische contractie

Hoe noem je een contractie waarbij de spier, kracht levert, terwijl hij verkort?

1. Concentrisch contractie
2. Excentrische contractie
3. Isometrische contractie
4. Statische contractie

Hoe noem je een contractie waarbij de spier, kracht levert, terwijl hij verlengt?

1. Concentrisch contractie
2. Excentrische contractie
3. Isometrische contractie
4. Statische contractie

Wat is Statische contractie?

1. Spier geeft kracht en verlengt
2. Spier geeft kracht en verkort
3. De spier levert wel kracht maar geen beweging
4. Spier loopt over meerdere gewrichten

Agonist Antagonist

De agonist wordt aangespannen en dus korter en dikker.

de antagonist is de spier die een tegengestelde beweging maakt, en dus langer en dunner wordt.

Samenwerkende spieren.......coördinatie

Agonist en een antagonist 

Agonist= de spier of spiergroep die de beweging inzet ofwel verantwoordelijk is voor de  beweging.

Antagonist= De spieren die de tegenoverliggende beweging maken van de agonist.

Welke spieren zijn de agonisten bij het omhoog komen vanuit een squat?

1. Triceps surea
2. Abductoren
3. Quadriceps femoris
4. Hamstrings

Je maakt een Extensie in de art. cubiti, De biceps is een?

1. agonist
2. antagonist
3. synergist
4. hulpspier

Welke rol heeft de biceps brachii in deze beweging (buigen van art. Cubiti)

1. Antagonist
2. Agonist
3. Synergist
4. Statisch

Je maakt een abductie in je art. Humeri, je deltoideus is een......

1. agonist
2. antagonist
3. synergist
4. hulpspier

Sagitale as - frontaalvlak

Altijd saggitale as:

Abductie- Adductie 

Inversie- Eversie

Lateroflexie

Transversale as- sagitale vlak

Altijd transversale as:

Flexie -Extensie 

Dorsaal flexie - Plantair/ palmair flexie

Anteflexie- Retroflexie

longitudinale as - transversale vlak

Altijd Longitudinaal as

Rotatie 

Pronatie - Supinatie

Exorotatie- Endorotatie 

Longitudinale as

Sagittale as

Transversale as

Bewegingen schouder en heupgewicht 

Anteflexie

Retroflexie

Abductie

Adductie

Exorotatie

Endorotatie

Om welke as?

Transversale as

Transversale as

Sagitale as

Sagitale as

Longitudinale as

Longitudinale as

De sagittale as zit loodrecht op het ……………………..…..…………….vlak.

1. Frontale
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke beweging
Om de longitudinale as in het art. Humeri:

1. Flexie
2. Pronatie
3. Exorotatie
4. Abductie

De transversale as zit loodrecht op het ……………………..…..…………….vlak.

1. Frontale
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke beweging
Om de transversale as in het art. Cubiti

1. Flexie
2. Pronatie
3. Exorotatie
4. Abductie

Welke bewegingsassen
Zijwaarts naar buiten heffen in art. Humeri:

1. Longitudinaal
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke bewegingsassen
Strekking van het art. Genus

1. Longitudinaal
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke bewegingsassen
Naar binnen roteren in het art. Coxae

1. Longitudinaal
2. Transversaal
3. Sagitaal

Arm of been zijwaarts naar buiten noemen we:

1. Abductie
2. Adductie
3. Endorotatie
4. Exorotatie

Welke beweging
Om de sagittale as in het art. Humeri:

1. Flexie
2. Extensie
3. Exorotatie
4. Abductie

De longitudinale as zit loodrecht op het ……………………………….……………………….vlak.

1. Frontale
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke bewegingsassen
Voorwaarts heffen van het art. Humeri:

1. Longitudinaal
2. Transversaal
3. Sagitaal

Welke beweging
Om de transversale as in het art. Coxae:

1. Pronatie
2. Abductie
3. Anteflexie
4. Abductie

Welke bewegingsassen
Buiging in het art. Cubiti:

1. Longitudinaal
2. Transversaal
3. Sagitaal

Pectoralis Major

M. Rectus Abdominis

M. Biceps Brachii

M. Quadriceps

M. Gastrocnemius

M. Triceps Brachii

M. Trapezius

M. Latissimus Dorsi

M. Gluteus Maximus

M. Biceps Brachi

M. Deltoideus

M. Obliquus Externus Abdominis

M. Latissimus Dorsi

M. Triceps Brachii

M. Trapezius

M. Serratus Anterior

M. Rectus Abdominis

M. Pectoralis Major

De Quadriceps femoris bestaat uit 4 spieren. Dit zijn:

1. M. Hamstring Vastus medialis Vastus Lateralis Vastus intermedialis
2. M. Biceps Femoris Vastus medialis Vastus Lateralis Vastus intermedialis
3. Rectus femoris Vastus medialis Vastus Lateralis Vastus intermedialis
4. M. Gastrocnemius Rectus femoris Vastus medialis Vastus Lateralis

de quadriceps bestaat uit vier agonisten

Welke spier maakt Abductie in Art. Humeri?

1. M. Biceps Brachii
2. M. Sartorius
3. M. Teres major
4. M. Deltoïdeus

Een sporter doet pull-up aan een bar (optrekken) welke spieren gebruikt hij NIET bij uitvoering van deze beweging?

1. M. Latissimus Dorsi
2. M. Trapezius
3. M. Biceps Brachii
4. M. Errector Spinea

De spier die je ziet op dit plaatje is?

1. seratus anterior
2. M. Rectus Abdominus
3. M. Pectoralis minor
4. M. Obliquus abdominus externus

Wat hoort bij elkaar?

SpierTonus

verlate spierpijn na 24-48uur

Antogonisten

Spieren met een tegengestelde werking

Mate van spanning in de spieren

kleine scheurtjes die onstaan in de spieren

Doel van de les:
Zorgen dat alle kennis aanwezig is van LE 4.2

1. Behaald
2. Niet behaald

Vragen?

opdrachten

Zorgen dat alle kennis aanwezig is van LE 4.2

Maak alle opdrachten van trainingskunde --> 

zie teams "oude opdrachten" 

zorg dat je het snapt 

Botten raden