Biologie
1 / 16
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1
2
3
4
5
6
7
schedel
ribben
sleutelbeen
oppperarmbeen
spaakbeen
ellepijp
heupbeen
knieschijf
heiligbeen
staartbeen
handwortelbeentjes
middenhandsbeentjes
Slide 2 - Sleepvraag
Wat zijn de 4 functies van het skelet?
Slide 3 - Open vraag
Welke onderdelen van het skelet horen bij elkaar?Sleep de blauwe vakken naar de juiste rode.
Controleer hier of je het goed hebt.
Bekken
Borstkas
Schoudergordel
Heupbeenderen en heiligbeen
Ribben, borstwervels, borstbeen
Schouderblad en sleutelbeen
Slide 4 - Sleepvraag
welk weefsel zie je op het plaatje
A
kraakbeen weefsel
B
beenweefsel
Slide 5 - Quizvraag
De schedel van de .....1......
bevat het hoogste percentage lijmstof.
Die schedel bestaat bijna helemaal uit ......2........
.
bevat het hoogste percentage lijmstof.
Die schedel bestaat bijna helemaal uit ......2........
.
A
1=baby
2=kraakbeen
B
1=volwassen
2-kraakbeen
C
1=baby
2=beenweefsel
D
1-volwassen
2= beenweefsel
Slide 6 - Quizvraag
Piet zegt: In het borstbeen komt geel beenmerg voor.
Tara zegt dat in rood beenmerg bloedcellen worden gemaakt. Wie heeft er gelijk?
Tara zegt dat in rood beenmerg bloedcellen worden gemaakt. Wie heeft er gelijk?
A
Piet
B
Tara
C
Allebei
D
Geen
Slide 7 - Quizvraag
Tot welke groep behoren dieren die het best zijn aangepast aan het lopen op een zachte bodem.
A
Teengangers
B
Hoefgangers
C
Zoolgangers
Slide 8 - Quizvraag
Twee leerlingen geven een definitie van antagonisten.
Raoul zegt dat antagonisten spieren zijn die elkaar tegenwerken. Soumia zegt dat antagonisten spieren zijn waarvan het samentrekken een tegengesteld effect heeft. Wie heeft er gelijk?
Raoul zegt dat antagonisten spieren zijn die elkaar tegenwerken. Soumia zegt dat antagonisten spieren zijn waarvan het samentrekken een tegengesteld effect heeft. Wie heeft er gelijk?
A
Raoul
B
Soumia
C
Beiden
D
Geen
Slide 9 - Quizvraag
Bevindt zich tussen de beenderen van je bovenbeen en onderbeen
schedel
twee verbindingen zijn 1 geworden
Wervelkolom
de ribben zijn met borstbeen verbonden
Slide 10 - Sleepvraag
De spieren die de dubbele S vorm van de wervelkolom in stand houden zitten vast aan de tussenwervelschijven
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
De tussenwervelschijven werken als schokbrekers
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Verspringers hebben regelmatig blessures aan hun knieen. Hierbij treedt pijn op aan de onderzijde van de knieschijf. De blessure ontstaat door overbelasting van een pees. Van welk soort blessure is er sprake
A
RSI
B
Spierscheuring
C
Voetbalknie
Slide 13 - Quizvraag
Waarom wordt bij een botbreuk een gipsverband aangelegd?
A
Om de bothelften in de goede stand te houden
B
Om de pijn te verminderen
C
Om inwendige bloedingen tegen te gaan
Slide 14 - Quizvraag
Hoe kun je spierkramp voorkomen door een warming-up te doen?
Slide 15 - Open vraag
Het gewrichtskapsel en kapselbanden van Lidia haar enkel zijn opgerekt. Wat heeft ze?
A
Een kneuzing
B
Ontwrichting
C
Verstuiking/verzwikking
