Herhaling vakleer BSP

• Ondernemer
• MBO
• Studiejaar 1

Herhaling vakleer BSP

Herhaling lessen vakleer BSP 

Planning?

Voorbereiding toets volgende week 

Vragen? 

Voorbereiding toets

Leren boek: 

Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5 en 9.

Lesson up slides zie It's learning

Lessen, waar zijn nog vragen over?

1. Voorbereidende werkzaamheden en mastiek maken

2. Serveerregels

3. Gastvrijheid

4. Horecabranche en functies in de horeca

5. Verblijf van de gasten

6. Smaak en smaakbeleving

Alle voorbereidende werkzaamheden zijn:

1. Mastiek maken
2. Mise-en-place
3. Menage zetten
4. Poleren

Wat is routing?

1. Delen van een WIFI netwerk
2. Klaarzetten van borden in de warmhoudkast
3. rekening houden met de meest efficiënte looproute
4. Het kiezen van een tafel voor de gast

Welke opstelling is géén bijeenkomst opstelling?

1. Theater
2. Y vorm
3. U-vorm
4. Cabaret

Wat is een transportbord?

1. Een dienblad waar je dranken mee serveert
2. Een bord waarop je materialen transporteert
3. Een bord dat de weg wijst aan gasten
4. Een bord om afval op te leggen als je klaar bent met eten

Welke glazen mag je niet poleren?

1. Bierglazen
2. Whiskeyglazen
3. longdrinks
4. Wijnglazen

Wat is de juiste volgorde van het serveren van dranken?

1. Koffie, bier, port cola
2. Cola, koffie, bier, port
3. Koffie, port, cola, bier
4. Port, Cola, Koffie, Bier

Wat is waar over het inrichten van je plateau?

1. Zware glazen en voorwerpen geef je een plek dichtbij je lichaam
2. Lage glazen zet je vooraan op het plateau
3. Hoge glazen en flessen plaats je in zo ver weg van je lichaam

Wat valt er niet onder de term "huishoudelijke drank"?

1. Koffie
2. Cacao
3. Melk
4. Ice-tea

Bij welke drank serveren we geen ijs?

1. Bij cola in de winter
2. Bij spa blauw / water
3. Bij ice-tea
4. Bij Bitter - lemon

Waar of niet waar?
De eerste indruk draagt niet bij aan een gastvrije omgeving

1. Waar
2. Niet waar

Gastgerichtheid is een onderdeel van gastvrijheid

1. Klopt
2. Klopt niets van

Persoonlijke verzorging

Sociale vaardigheid

Vakbekwaamheid

Je beantwoord vragen over gerechten correct

Je kijkt vriendelijk en ziet er verzorgd uit

Je luistert geïnteresseerd als de gast iets vertelt.

Waar staan de letters CA voor in de afkorting HORECA?

1. Catering
2. Cafe
3. Cafetaria
4. Cacao

Welke type bedrijven zijn er in de horeca? Meerdere antwoorden mogelijk

1. Logiesverstrekkend
2. Maaltijdverstrekkend
3. Voedselverstrekkend
4. Drankverstrekkend

Wat is een voorbeeld van een hoofd product wat een horeca bedrijf verkoopt?

1. Kleding
2. Souvenirs
3. Overnachtingen
4. Kranten

Onder welke categorie valt een restaurant? Meerdere antwoorden goed.

1. Drankverstrekkend
2. Voedselverstrekkend
3. Maaltijdverstrekkend
4. logies verstrekkend

Wat wordt er bedoeld met menage?

Een aperitief neem je na de maaltijd.

1. Waar
2. Niet waar

Een sommelier weet veel van leidinggeven.

1. Klopt
2. Klopt niet.

Mastiek maken kunnen we doen waar de gasten bij zijn.

1. Niet waar
2. Waar

Hoeveel cc/ml schenk je van sterk alcoholhoudenvde dranken?

1. 25 cc
2. 30 cc
3. 45 cc
4. 35 cc

Hoeveel glazen schenk je ( ongeveer) uit 1 fles wijn?

1. 5
2. 7
3. 6
4. 9

Welke glazen mag je absoluut niet in de bierspoelbal spoelen?

1. Bierglazen
2. Wijnglazen
3. Melkglazen
4. Longdrinks

Wat is een basissmaak?

1. Citroen
2. Umami
3. Soja
4. Parmezaan

De winnaar mag kiezen wat zijn functie wordt vanavond!