501

Natuurkunde
Op tafel
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Natuurkunde
Op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Start Hoofdstuk 5:
      Hoe komt elektriciteit van de
      energiecentrale naar een
      elektrisch apparaat?

- Opwekken in een centrale.
- Van centrale naar wijk.
- Van wijk naar huis.
- Verbruik in huis.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Elke manier van opwekken heeft voordelen en nadelen.

Slide 4 - Tekstslide

Maak 1 t/m 6
vanaf blz 12
timer
7:00
Klaar? Maak 8 t/m 12

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide



Hoe komt de elektriciteit naar de huizen?

Slide 9 - Tekstslide

Energietransport
Eerst door hoogspanningskabels naar huizen of industriegebieden.

Door deze kabels loopt elektriciteit van 
380 kV (= 380 000 V)

Slide 10 - Tekstslide

Energietransport

Deze stroom wordt via transformatorhuisjes en transformatorkastjes 
omgezet naar de 230 V die uit het stopcontact komt.

Slide 11 - Tekstslide

Energietransport

Deze stroom wordt via transformatorhuisjes en transformatorkastjes
omgezet naar de 230 V die uit het stopcontact komt.

Slide 12 - Tekstslide

Maak 8 t/m 12
vanaf blz 13
timer
8:00
Klaar? Maak 14, 15, 17 t/m 22, 24

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Rendement
In een apparaat wordt een deel van de energie op een bruikbare manier omgezet.

Slide 16 - Tekstslide

Rendement
In een apparaat wordt een deel van de energie op een bruikbare manier omgezet.
Voorbeeld:
Een lamp maakt met 300 J elektrische energie
275 J aan licht.
Wat is het rendement?

Slide 17 - Tekstslide

Rendement
In een apparaat wordt een deel van de energie op een bruikbare manier omgezet.


                                                              %
Voorbeeld:
Een lamp maakt met 300 J elektrische energie
275 J aan licht.
Wat is het rendement?
η=EopEaf=EinEnuttig100

Slide 18 - Tekstslide

Energielabel
Hoe hoger het rendement, hoe beter het energielabel voor een apparaat.

Andere manier om energie te besparen: letten op sluipverbruik.

Slide 19 - Tekstslide

Maak 14, 15, 17 t/m 22,
                                       24
vanaf blz 13
timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Pauze
timer
6:00

Slide 26 - Tekstslide