H8.1 Basen in water

H8.1 Basen in water
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H8.1 Basen in water

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt na afloop van de les:
  • uitleggen wat een basische oplossing is en wat de eigenschappen van een basische oplossing zijn;
  • de reactie van basen met water in een reactievergelijking weergeven;
  • de formules geven van een aantal basen en de namen van een aantal basische oplossingen noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling klas 4 zuren
Overleg even met je buren wat je nog weet van zuren!

(H7)

Slide 3 - Tekstslide

Alle zure oplossingen:
  • Hebben een zure smaak
  • Beinvloeden de kleur van zuur-base-indicatoren
  • Geleiden elektrische stroom
  • Hebben een pH-waarde die kleiner is dan 7
  • Staan een H+ ion (proton) af
  • Je hebt sterke en zwakke zuren (Binas tabel 49)

Slide 4 - Tekstslide

Waterstofchloride 

  • In alle zure oplossingen zijn waterstofionen H+ aanwezig
  • Een zuur is een deeltje dat een H+ [=H3O+] kan afstaan
  • Een zure oplossing is een oplossing waar H+ ionen in opgelost zijn: [H+] > [OH-].
  • Het deel dat na het afsplitsen van een H+ overblijft, is het zuurrestion.



Slide 5 - Tekstslide

Sterke zuren: alle zuurmoleculen 'ioniseren' (worden H+ (=H3O+).

Zwakke zuren: een klein deel van de zuurmoleculen ioniseert. 
  • sterk: zoutzuur, salpeterzuur, zwavelzuur. 
  • zwak: fosforzuur, koolzuur, azijn

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 9
Indicatoren staan in Binas tabel 52

Slide 7 - Tekstslide

Antwoord vraag 9
Gebruik Binas tabel 52A.
Een deel van de oplossing kleurt thymolblauw blauw. Hieruit volgt: pH > 9,6. X
Een deel van de oplossing kleurt fenolftaleïen paarsrood. Hieruit volgt: pH > 10,0.
Een deel van de oplossing kleurt alizariengeel‑R geel. 
Hieruit volgt: pH < 10,1.

Slide 8 - Tekstslide

Basen
  • Basen zijn de tegenhangers van zure oplossingen.
  • De pH > 7
  • Basen zijn deeltjes die een H+ ion kunnen opnemen = protonacceptor
  • Basen kunnen stroom geleiden -> aanwezigheid OH- ionen
  • Een basische oplossing is een oplossing waar [OH-] > [H+]

Slide 9 - Tekstslide

Basen
Basen kunnen moleculaire stoffen zijn zoals Ammonia (= Ammoniak in water NH3).
De meeste basen zijn zouten, zouten opgelost in water het negatieve ion neemt een H+-ion op.


Slide 10 - Tekstslide

Basen
Een base is een deeltje dat een H+ kan opnemen

Een basische oplossing is een oplossing waar [OH-] > [H3O+]
Een basische oplossing wordt ook alkaline genoemd


Slide 11 - Tekstslide

Basen
Triviale namen tabel 66A:

Slide 12 - Tekstslide

Evaluatie Leerdoelen
Je kunt nu:
  • uitleggen wat een basische oplossing is en wat de eigenschappen van een basische oplossing zijn;
  • de reactie van basen met water in een reactievergelijking weergeven;
  • de formules geven van een aantal basen en de namen van een aantal basische oplossingen noemen.

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk

Leer HS 8.1 (blz. 8-10)
Maak de vragen 1 t/m 11 (blz. 11)
Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.
Maak een notitie van de vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wilt hebben.
Stel deze vragen de volgende les.

Slide 14 - Tekstslide