-
Met wie verwijst naar een persoon.- waarmee verwijst naar een dier of ding.
* Het meisje, met wie ik naar de film ga, vind ik erg leuk.
* De hond, waarmee ik iedere week een stukje wandel, is van mijn buurvrouw.
Dit geldt ook voor AAN WIE/ WAARAAN - OP WIE/WAAROP - VAN WIE/WAARVAN ENZ.