In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
3 MAVO
período 1
pruebas
materiales
Slide 1 - Tekstslide
período 1
pruebas (toetsen):
*MO ¿Quién soy yo? in de les (weging 200)
* RTTI toets voca + gramm in toetsweek (weging 300)
Slide 2 - Tekstslide
Lesmateriaal
Paso Adelante Tekstboek 2
Paso Adelante werkboek 2A
Leesboekje Pobre Ana (blijft op school)
snelhechter!
Slide 3 - Tekstslide
Capítulo 1 Adiós a las vacaciones
leerdoelen:
- ik kan iets vertellen over mijn vakantie
- ik kan iets vertellen over mijn hobby's
- ik kan een korte e-mail schrijven aan een vriend(in)
Slide 4 - Tekstslide
In periode 1
--> herhalen we de werkwoorden van leerjaar 1+2
--> leren we de vervoeging van werkwoorden met onregelmatige ik-vorm
--> leren we het gebruik van het werkwoord 'gustar'
--> kun je iets in de verleden tijd vertellen (Presente Perfecto)
Slide 5 - Tekstslide
capítulo 1
Adiós a las vacaciones
Slide 6 - Tekstslide
escribir
el jardín
la camiseta
dormir
la iglesia
slapen
de tuin
schrijven
het t-shirt
de kerk
Slide 7 - Sleepvraag
Pobre Ana
leesboekje
9 capítulos
Slide 8 - Tekstslide
8 de septiembre
clase 1
* control de los deberes
* repetimos los verbos del segundo año
Slide 9 - Tekstslide
Verbos -AR-ER -IR
Regelmatige werkwoorden eindigend op -AR , -IR , -ER
Weet je de regel nog?
Slide 10 - Tekstslide
YO
TÚ
ÉL, ELLA, USTED
NOSOTROS, NOSOTRAS
VOSOTROS, VOSOTRAS
ELLOS, ELLAS, USTEDES
hablo
bebo
habláis
come
vivimos
escriben
vivís
hablan
visitamos
vives
vende
compran
viajas
escucháis
vive
bebemos
compro
bailas
nadáis
leemos
canta
leen
escuchas
pregunto
Slide 11 - Sleepvraag
Weet jij de betekenis van deze Spaanse regelmatige werkwoorden?
Zet de juiste bij elkaar.
vender
mirar
odiar
trabajar
cantar
leer
pagar
escuchar
escribir
comprar
correr
nadar
schrijven
lezen
kijken
rennen
haten
werken
luisteren
verkopen
zwemmen
kopen
zingen
betalen
Slide 12 - Sleepvraag
¡Repasamos los verbos irregulares!
Slide 13 - Tekstslide
Ser
Ser= zijn
Yo
Tú
Él/ella/usted
Nosotros
Vosotros
Ellos/ellas/ustedes
Soy
Eres
Es
Somos
Sois
Son
Slide 14 - Tekstslide
Estar
Estar = zijn (tijdelijk), zich bevinden
Yo
Tú
Él/ella/usted
Nosotros
Vosotros
Ellos/ellas/ustedes
Estoy
Estás
Está
Estamos
Estáis
Están
Slide 15 - Tekstslide
Tener
Tener = hebben
Yo
Tú
Él/ella/usted
Nosotros
Vosotros
Ellos/ellas/ustedes
Tengo
Tienes
Tiene
Tenemos
Tenéis
Tienen
Slide 16 - Tekstslide
Ir
Ir= gaan
Yo
Tú
Él/ella/usted
Nosotros
Vosotros
Ellos/ellas/ustedes
Voy
Vas
Va
Vamos
Vais
Van
Slide 17 - Tekstslide
AR, ER, IR: Zet de juiste vorm van het werkwoord in de zin: 1.Mi hermana nunca _______(hacer) sus deberes. 2. Mi padre y mi madre (vivir)_____ en Madrid. 3. Yo (tener) ______ catorce años. 4. Maribel y yo (nosotros/ comer) ______ patatas fritas. 5. Mi tío (él/ escuchar)___________ la música clásica. 6. Maud y Stefanie (ellas/ escribir) una carta a su abuela
Slide 18 - Open vraag
Zet de juiste vorm van SER in de zin. 1. Mi madre (ella) ____ alta, yo _____ bajo 2. Alberto y María _____ argentinos 3. ¿Tú _________ española, Teresa? 4. ¿Vosotros _____ policías o bomberos? 5. Sanne y yo ______holandeses pero Natalia (ella) ________colombiana
Slide 19 - Open vraag
Sleep de werkwoorden in de juiste vorm naar de juiste plek.
1. Sam _______________ a la fiesta (ir).
2. Ana y Lola __________ en Barcelona (estar).
4. Sam ____________ de America (ser)
6. Mi amiga y yo no_____________ hermanos (tener)
va
están
es
hago
tenemos
estan
vives
tienemos
eres
soy
Slide 20 - Sleepvraag
8 de septiembre
clase 2
* coregimos de los deberes 4 y 5
* tarea de vocabulario
* ejercicio 9 (Bron C)
Slide 21 - Tekstslide
Hacemos:
ejercicio 12, página 15 WB
Slide 22 - Tekstslide
vertaal:
1. El hotel está en el casco antiguo.
2. Voy de camping en Francia.
3. Visitamos la ciudad en el verano.
Slide 23 - Tekstslide
corregimos
ejercicio 4 y 5
Slide 24 - Tekstslide
PERFECTO
Wat is de PERFECTO voor tijd in het Nederlands?
Hoe maak je de perfecto?
Hoe maak ik de perfecto met wederkerende ww?
Zijn er uitzonderingen?
Wat is belangrijk bij het maken van een zin?
Slide 25 - Tekstslide
Hoe vorm ik de
Perfecto?
2
Slide 26 - Tekstslide
4. Perfecto onregelmatig
escribir
ver
ir
abrir
hacer
decir
leer
escrito
visto
ido
abierto
hecho
dicho
leído
Slide 27 - Tekstslide
5. Zinnen maken met de PERFECTO
Waar moet je op letten?
--> In het Spaans staan de werkwoorden in een zin altijd bij elkaar!