2.1: De pruikentijd les 2

2.1: De pruikentijd
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.1: De pruikentijd

Slide 1 - Tekstslide

Deze les: 
  • Bespreken leerdoelen
  • herhaling standenmaatschappij
  • vervolg paragraaf 2.1
  •  aan de slag met opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les:
... kun je uitleggen hoe mensen anders gingen denken.
... kun je uitleggen wat het begrip Verlichting betekent.
... kun je bedenken waarom de ideeën van de Verlichting veel impact hadden op de samenleving van Frankrijk.

Slide 3 - Tekstslide

Bespreken huiswerk:
werk in je eigen woorden de eerste twee leerdoelen van deze paragraaf uit.
  1. Hoe het ging met de Nederlandse economie
 2. Welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk.

Slide 4 - Tekstslide

Gebruik bron 3.
Leg uit dat de bron niet goed past bij de economische ontwikkeling van Nederland in de 18e eeuw.

Slide 5 - Open vraag

3 standen
  1. Geestelijken
  2. adel
  3. de rest van de bevolking 

Slide 6 - Tekstslide

Nieuwe ideeën:
  • sinds de wetenschappelijke revolutie veel ontdekkingen gedaan.
  • idee dat alles met verstand verklaard kan worden
  • De Verlichting: beweging van mensen die vinden dat alles met het verstand kan worden verklaard en dat de maatschappij op verstand gebaseerd moet zijn.

Slide 7 - Tekstslide

De Verlichting:
  • Niet langer geloven dat God rechtstreeks ingrijpt in het leven van mensen.
  • Voltaire: God als klokkenmaker, God heeft de wereld wel geschapen maar bemoeid zich er niet meer mee.
  • Godsdienst is iets wat niet te bewijzen valt, verschillende godsdiensten moeten vreedzaam tegenover elkaar zijn. 

Slide 8 - Tekstslide

De Verlichting:
  • Alle mensen zijn gelijk geboren en hebben allemaal dezelfde rechten: mensenrechten , zoals vrijheid van godsdienst en vrijheid van meningsuiting.

Slide 9 - Tekstslide

Verlichtingsdenkers willen....
  • invloed op politieke besluitvorming
  • staat waarin de wet voor iedereen gelijk was en iedereen, ook de koning, zich aan die wet moest houden. Een rechtstaat
  • Grondwet: wet waarin staat hoe een staat geregeerd wordt en wat de grondrechten van de burgers zijn. 

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag:
  • Maak de opdrachten van paragraaf 2.1 verder af.
  • Maak daarna de blauwe dia's aan het einde van deze les.

Slide 11 - Tekstslide

Gebruik bron 2.
Uit de bron blijkt dat Locke een verlicht denker was.
Noteer een bronelement dat goed past bij de begrippen rechtsstaat en grondwet.

Slide 12 - Open vraag

Schrijf in een paar zinnen op waarom de Verlichting nou juist in Frankrijk zoveel impact gehad moet hebben.

Slide 13 - Open vraag

Schrijf op waarom de Verlichting in de Republiek (Nederland dus) minder impact had.

Slide 14 - Open vraag